nl
8.5 Voorschriften voor explosiebescherming
Voor elektrische bedrijfsmiddelen dienen in
explosiegevaarlijke gebieden een aantal voorschriften
te worden opgevolgd. De volgende lijst geeft een
overzicht van de essentiële voorschriften.
Binnen de Europese gemeenschap gelden:
- Richtlijn 1999/92/EG over minimumvoorschriften
ter verbetering van de gezondheid en veiligheid van
diegene welke door explosiegevaarlijke omgevingen
gevaar loopt.
- EN 60079-0 (IEC 60079-0)
Elektrische bedrijfsmiddelen voor explosiegevaarlijke
toepassingen - Algemene voorschriften
- EN 60079-14 (IEC 60079-14)
Elektrische bedrijfsmiddelen in
gasexplosiegevaarlijke toepassingen - deel 14:
Elektrische installaties in explosiegevaarlijk gebied
- EN 60079-10 (IEC 60079-10)
Elektrische bedrijfsmiddelen in
gasexplosiegevaarlijke toepassingen - deel 10:
Indeling van explosiegevaarlijke gebieden
- DIN EN 1127-1
Explosiegevaarlijke omgevingen - Explosiebeveiliging
- deel 1: Basisgegevens en methodiek
- Verordening (EG) 1272/2008 (CLP)
Voorts kunnen aanvullend nationale voorschriften en
richtlijnen gelden.
8.6 Zone indeling voor explosiegevaarlijke
gebieden
Explosiegevaarlijke gebieden zijn gebieden
waarin afhankelijk van de plaats in het bedrijf
explosiegevaarlijke atmosferen in gevaarlijk dreigende
hoeveelheden kunnen optreden. Deze worden in
meerdere zones onderverdeeld.
Voor explosiegevaarlijke gebieden door ontvlambare
gassen, dampen of nevels geldt:
a) Zone 0 (Klasse 1) omvat gebieden waarin
explosiegevaarlijke atmosferen voortdurend of
langdurig heersen.
b) Zone 1 (Klasse 2) omvat die gebieden, waarmee men
rekening dient te houden indien explosiegevaarlijke
omstandigheden bij gelegenheid kunnen optreden.
c) Zone 2 omvat die gebieden, waarmee men
rekening dient te houden indien explosiegevaarlijke
omstandigheden slechts zelden en kortstondig
kunnen optreden.
12
8.7 Verklaring van de zone-indeling bij het
gebruik van excentrische wormpompen voor
ontvlambare vloeistoffen
- In een vat of container heerst altijd zone 0 (klasse 1).
- De scheiding tussen zone 0 (klasse 1) en zone 1(klasse
2) wordt door de vatopening resp. bovenzijde van het
vat bepaald.
- In ruimtes waar gepompt of afgevuld wordt, geldt in
principe zone 1 (klasse 2).
- Voor vat- en containerpompen volgt daaruit:
1. Bij het verpompen van ontvlambare vloeistoffen
mogen alleen de pompwerken van de
apparaatgroep II, categorie 1/2 G toegepast
worden. Deze voldoen aan de voorschriften voor
toepassingen in Zone 0.
2. Het inzetten van explosieveilige motoren, van
welke beschermingssoort dan ook, in zone 0
(klasse 1) is niet toelaatbaar. Uitzonderingen
kunnen slechts de plaatselijke overheden maken.
3. Lutz motoren van de serie ME in de uitvoering
"drukvast gekapseld-verhoogde veiligheid"
voldoen aan de voorschriften van apparaatgroep
II, categorie 2 G. Deze mogen in Zone 1 worden
toegepast.
8.8 Traceerbaarheid
Producten van Lutz-Pumpen welke gebruikt worden
in explosiegevaarlijke gebieden zijn aan de hand van
een individueel serienummer gekenmerkt en daardoor
traceerbaar. Uit dit nummer zijn het bouwjaar en de
uitvoering te herleiden.
Het gaat hier over producten welke mogen
worden toegepast in explosiegevaarlijke gebieden.
Desbetreffend en met inachtneming van de ATEX
richtlijn zullen voorzorgsmaatregelen getroffen moeten
worden om herkomst en bestemming traceerbaar te
maken.
Ons ATEX-gecertificeerd kwaliteitssysteem verzekert
deze traceerbaarheid tot aan het adres van eerste
levering.
Uitgezonderd die gevallen waar anders luidende
schriftelijke overeenkomsten gelden, zijn alle
personen die deze producten doorleveren ertoe
verplicht een systeem in te voeren zodat een eventuele
terugroepactie bij niet-conforme producten mogelijk is.