17. Wij raden aan de levenslijn tirsafe™ T3 aan elke
gebruiker persoonlijk toe te kennen, in het bijzonder
als het werknemend personeel betreft.
18. Elke definitief uit gebruik genomen spanner (T) of
veiligheidssteun (L) moet vernietigd of definitief
ontoegankelijk gemaakt worden om te vermijden
dat de uitrusting bij vergissing opnieuw gebruikt
wordt.
19. Het is van essentieel belang voor de veiligheid
NL
dat de uitrusting of het verankerpunt altijd correct
geplaatst is en dat het werk uitgevoerd wordt
zodat het risico op vallen en de valhoogte tot een
minimum beperkt worden.
20. Het is fundamenteel voor de veiligheid de ruimte
onder de gebruiker op de werkplaats voor elk
gebruik te controleren zodat, in geval van een val,
er geen obstakels aanwezig zijn op het traject en
dat er geen aanraking met de grond mogelijk is.
21. Gebruik nooit de levenslijn tirsafe™ T3 als
één van de elementen beschadigd is of als de
veiligheidsfunctie van het toestel aangetast kan
worden. Bij het plaatsen van het toestel mogen de
veiligheidsfuncties niet aangetast worden.
22. De gebruiker(s) moet(en) in goede fysieke en
psychologische staat verkeren bij het gebruik van
de uitrusting. Raadpleeg bij twijfels een dokter.
De levenslijn tirsafe™ T3 mag niet door zwangere
vrouwen gebruikt worden.
23. De uitrusting mag niet buiten haar grenzen gebruikt
worden of in andere situaties dan waarvoor het
bestemd is (zie hoofdstuk "Gebruiksvoorwaarden").
24. Als de levenslijn tirsafe™ T3 verkocht wordt in een
ander land dan het oorspronkelijk land, dan moet
de verkoper voor de veiligheid van de gebruiker
de gebruiksaanwijzing, de instructies voor het
onderhoud en de periodieke controles en de
instructies voor herstellingen bijleveren, opgesteld
in de taal van het land van gebruik van het product.
25. Vóór elk gebruik van de levenslijn tirsafe™ T3, moet
de bevoorrechte gebruiker of de verantwoordelijke
van de veiligheid de stevigheid van de vastzetting
van de veiligheidssteun (L) controleren, conform de
van kracht zijnde reglementeringen en normen.
26. Tijdens het gebruik is het verplicht de elementen
van de afstelling en bevestiging te controleren;
controleer ook of de uitrusting niet beschadigd
kan raken door: scherpe kanten, wrijvingen,
warmtebronnen...
27. Bij de installatie van de levenslijn tirsafe™ T3 moet
de installateur ervoor zorgen dat hij zich goed
beveiligt om het risico op vallen uit te sluiten.
28. Wanneer de levenslijn bestemd is de val van
een bediener te stoppen, dient de bediener een
valstopsysteem te gebruiken dat overeenkomt
met de norm EN 363. Dit systeem moet een
stopvermogen van de val garanderen die lager is
dan 6 kN. Wanneer de levenslijn er uitsluitend voor
34
bestemd is om de bediener te verplaatsten buiten
de zones waar valrisico bestaat, kan de bediener
zich verbinden met behulp van een lijn zonder
valstopsysteem in overeenstemming met de norm
EN 363. In dit geval zal de levenslijn aangeduid
worden als: 'beperkte toegang'.
29. Leder systeem van een levenslijn vormt een
speciaal geval en iedere installatie van een
tirsafe™ T3-levenslijn moet voorafgegaan worden
door een specifieke, technische studie omtrent de
installatie ervan. Deze moet door een bekwame
technicus uitgevoerd worden. Deze studie moet
de configuratie van de installatieplaats in acht
nemen en vooral de mechanische geschiktheid en
weerstand van de structuur controleren waarop de
tirsafe™ T3-levenslijn bevestigd moet worden.
30. De tijdelijke levenslijn wordt alleen gebruikt voor
persoonlijke valbeveiligingsapparatuur en niet voor
hijsapparatuur.
OPGELET
Vóór en tijdens het gebruik dient u de manier te
overwegen
waarop een eventuele reddingsoperatie in alle
veiligheid en
op een doeltreffende manier uitgevoerd kan
worden.
SPECIALE TOEPASSINGEN
Voor speciale toepassingen, aarzel niet contact op
te nemen met TRACTEL
2. Definities en pictogrammen
2.1. Definities
"Beheerder": Persoon of afdeling verantwoordelijk
voor het beheer en de gebruiksveiligheid van het in
deze handleiding beschreven product.
"Installateur": Gekwalificeerd persoon, belast met de
installatie van het product.
"Technicus": Bevoegd persoon, belast met de
beschreven
onderhoudswerkzaamheden
werkzaamheden die door de handleiding toegestaan
worden aan de gebruiker, die vakbekwaam en bekend
is met het product.
"Gebruiker": Persoon die gebruik maakt van het
product volgens de gebruiksnormen ervan.
"PBM": Persoonlijke beschermingsmiddelen tegen
vallen van op een bepaalde hoogte.
"Connector": Verbindingsstuk tussen de onderdelen
van een valbeveiligingssysteem. Dit element is conform
de norm EN 362.
"Structurele verankering": Een vast element dat
voor lange duur op een structuur wordt bevestigd
(ontvangst- of draagstructuur) waaraan het mogelijk
S.A.S..
®
en