aanraking komt omdat het vet kan voorkomen dat de gist opnieuw hydrateert.
Eieren: eieren verrijken het deeg, verbeteren de kleur en zorgen voor een goede
ontwikkeling van de binnenkant van het brood. Recepten zijn berekend voor een medium
ei met een gewicht van 50 g; als de eieren groter zijn, voeg dan minder vloeistof toe; als de
eieren kleiner zijn, moet u een beetje meer vloeistof toevoegen.
Melk: u kunt verse melk (koud, tenzij het anders staat vermeld in het recept) of melkpoeder
gebruiken. Melk heeft ook een emulgerend effect waardoor gelijkmatigere luchtbellen
ontstaan en hierdoor de binnenkant van het brood er beter uitziet.
Water: water hydrateert de gist opnieuw en activeert het. Het hydrateert bovendien het
zetmeel in het meel en zorgt ervoor dat de binnenkant van het brood wordt gevormd. Het
water kan, volledig of gedeeltelijk, door melk of een andere vloeistof worden vervangen.
Temperatuur: zie paragraaf in de "voorbereiding van de recepten" gedeelte (pagina 296).
Meel: het gewicht van het meel varieert duidelijk afhankelijk van het type meel dat
u gebruikt. Afhankelijk van de kwaliteit van het meel kan het eindresultaat van het
brood variëren. Bewaar het meel in een luchtdichte doos omdat het reageert om de
omgevingsomstandigheden, door het opnemen of afgeven van vocht. Geef de voorkeur
aan "sterk", "broodkwaliteit" of "bakkerij" meel dan het standaard meel. Het toevoegen van
haver, zemels, tarwekiemen, rogge of zelfs volle granen aan het brooddeeg zorgt voor een
zwaarder brood dat niet zo zeer rijst.
Het gebruik van T55 meel is aanbevolen, tenzij anders aangegeven in de recepten.
Wanneer u een speciale meelmix voor brood of brioche of melkbrood gebruikt,
mag u de maximale hoeveelheid van 1000 g deeg niet overschrijden. Raadpleeg de
aanbevelingen van de fabrikant voor het gebruik van deze bereidingen. Het zeven van
het meel heeft ook een invloed op het resultaat: hoe completer het meel is (het bevat
bijvoorbeeld delen van het hele graan), hoe minder het deeg zal rijzen en hoe zwaarder het
brood zal zijn.
Suiker: gebruik witte of bruine suiker of honing. Gebruik geen suikerklontjes. Suiker voedt
de gist, geeft smaak aan het brood en zorgt voor een mooiere bruine korstkleur.
Zout: geeft smaak aan het brood en regelt de activiteit van de gist. Het mag niet in contact
met de gist komen. Dankzij het zout is het deeg stevig, compact en rijst het niet zo snel. Het
verbetert tevens de structuur van de deeg.
Gist: bakkersgist is verkrijgbaar in verschillende vormen: vers in kleine blokjes, gedroogde
actieve gist die opnieuw moet worden gehydrateerd of instant droge gist. Gist wordt
verkocht in de supermarkt (bakkerijafdeling of in de koeling), maar u kunt tevens verse
gist bij uw bakker kopen. Verse of instant gedroogde gist moet direct in de bakpan van uw
machine samen met de andere ingrediënten worden toegevoegd. Verse gist kunt u echter
met uw vingers in kleine brokjes breken om hem te verdelen in het mengsel. Alleen droge
actieve gist (die verkrijgbaar is in kleine balletjes) moet met een kleine hoeveelheid warm
water worden gemengd alvorens het te gebruiken. De ideale temperatuur ligt rond de 35°C;
een lagere temperatuur is minder effectief en door een hogere temperatuur kan de gist
zijn werking verliezen. Let op dat u de aanbevolen hoeveelheid neemt en denk na over het
verdubbelen van de hoeveelheid als u verse gist gebruikt (zie de onderstaande tabel voor
de vergelijking).
Equivalentwaarden hoeveelheid/gewicht tussen gedroogde gist en verse gist:
Droge gist (cc)
1 1,5 2 2,5 3 3,5 4 4,5 5
Verse gist (g)
9 13 18 22 25 31 36 40 45
48