Chef'sChoice Diamond Hone 2100 Mode D'emploi page 38

messen toch veel minder zullen slijten dan bij oudere slijpmethodes het geval is. Nascherpen
gebeurt normaal gesproken met fase 3; u zult slechts af en toe fase 2 nodig hebben. Gebruik
fase 1 alleen voor de zwaarste toepassingen. (Zie het gedeelte over nascherpen).
De Chef'sChoice Model 2100 EdgeSelect-slijpmodule is uitgerust met een handmatig
®
geactiveerd diamanten afschuurhulpstuk dat indien nodig kan worden gebruikt om opgehoopt
voedsel of slijpresten van het oppervlak van de polijst/aanzetschijven te verwijderen. Om de
noodzaak van afschuren te minimaliseren, raden wij u ten sterkste aan om uw messen telkens
te reinigen voordat u ze slijpt. Hierdoor zult u pas na maanden deze schijven hoeven af te
schuren. Enkel wanneer u een duidelijke afname in de doeltreffendheid van het polijsten onder-
vindt, zult u deze gemakkelijke functie hoeven te gebruiken. Verderop in deze gebruiksaanwij-
zing wordt hier nader op ingegaan.
De aandrijfas van de slijp- en wetschijven is voorzien van een veer. Hiermee wordt gezorgd voor
een optimale slijpdruk die leidt tot een snelle en gelijkmatige scherping langs de lengte van de
snede. Ook wordt hiermee de kans op een holle snede geminimaliseerd.
Elke slijpfase bevat boven de slijpschijven een veermechanisme. Hiermee wordt het mes tijdens
het slijpen stevig naar beneden gedrukt tegen de precisieplaatgeleiders in de rechter- en
linkersleuven.
Tenzij u lemmeten gebruikt die speciaal zijn ontworpen om voornamelijk aan één zijde van de
snede te worden geslepen (zoals het geval is bij Japanse Kataba-lemmeten), dient u in alle
fasen evenveel in de rechter- als in de linkersleuf te slijpen. Hierdoor krijgt u een symmetrische
snede die steeds recht snijdt.
In elke fase moet het mes met opeenvolgende halen afwisselend door de linker- en rechtersleuf
worden getrokken.
Gewoonlijk zal één haal door de linker- en rechtersleuf van elke fase voldoende zijn;
met lemmeten die botter zijn, hebt u wellicht twee paar halen nodig (zie de volgende
gedeelten voor meer details). Bedien de messenslijper altijd van de voorzijde. Houd het
lemmet horizontaal en vlak, schuif het naar beneden tussen de plastic veer en de plaatgeleider
en trek het met een gelijkmatige snelheid naar u toe terwijl het contact maakt met de slijp- of
aanzetschijf. U kunt horen en voelen dat het lemmet contact maakt. Zorg er altijd voor dat u het
lemmet in elke fase gelijkmatig beweegt; stop niet midden in een haal. Voor een lemmet van
20 cm wordt een gelijkmatige treksnelheid van circa 4 seconden per haal aanbevolen. Deze tijd
kan korter zijn voor kortere lemmeten en langer voor langere lemmeten.
Bedien de messenslijper nooit van de achterzijde.
Gebruik tijdens het slijpen bij elke haal net voldoende neerwaartse druk om zeker te zijn van een
gelijkmatig en consistent contact van het lemmet met de slijpschijven. Extra druk is overbodig
en zal het slijpproces ook niet versnellen. Voorkom dat u in het stopplaatje van de slijpmodule
snijdt (zie afbeelding 3). Als er echter sneden in het stopplaatje ontstaan heeft dit geen invloed
op het slijpproces en zal de snede niet beschadigd raken.
6