wERKINGSMoDI IN GEVAL VAN SLEChTE wERKING VAN SENSoREN
Buitensensor is niet verbonden of heeft een fout
In zo een geval werkt de regelaar als een P-regelaar volgens de afwijking van de kamer-
temperatuur. Als de kamertemperatuursensor ook defect is of niet aangesloten is, zal de
regelaar een constante standbuistemperatuur behouden, nl:
-25°C hoger als de ingestelde dag- of nachttemperatuur; voor radiator verwarmingssys-
teem,
-10°C hoger als de ingestelde dag- of nachttemperatuur; voor vloerverwarmingssysteem,
Standbuissensor is niet verbonden of heeft een fout
De regelaar neemt een standbuistemperatuur van 120°C aan en schakelt de kamertempe-
ratuur uit. Verwarming kan enkel opnieuw geactiveerd worden door manuele werkingsmo-
dus.
Sensor voor boiler voor vloeibare brandstof is niet verbonden of heeft een fout.
De regelaar neemt een boilertemperatuur van 85°C aan en activeert de brander, als ver-
warming vereist is. De boilertemperatuur kan manueel ingesteld worden op een boilerther-
mostaat.
Sensor voor boiler voor vaste brandstof is niet verbonden of heeft een fout.
De regelaar neemt een boilertemperatuur van 85°C aan. Schakelkraan wordt op
boiler voor vaste brandstof gezet.
Kamersensor is niet verbonden of heeft een fout.
Kamerverwarming werkt ononderbroken, volgens de buitentemperatuur.
Retourstroomsensor is niet verbonden of heeft een fout.
Kamerverwarming werkt ononderbroken, zonder invloed van de retourstroomtemperatuur.
De sensoren van de warmwatertank zijn niet verbonden of zijn defect
Als één van de sensoren defect is, gebruikt de regelaar enkel de andere sensor. Als beide
sensoren defect zijn, schakelt de regelaar de pomp voor warmwaterverwarming uit.
Zonnecollectorsensor is niet verbonden of heeft een fout.
De circulatiepomp voor warmwaterverwarming met zonnecollectoren is uitgeschakeld.
TABEL: weerstand van Pt1000 temperatuursensoren.
Temp. [°C]
Weerstand [Ω]
-20
922
-15
941
-10
961
-5
980
0
1000
5
1020
10
1039
15
1058
20
1078
25
1097
30
1117
Handleiding onderhoudsinstellingen
Temp. [°C]
Weerstand [Ω]
35
1136
40
1155
45
1175
50
1194
55
1213
60
1232
65
1252
70
1271
75
1290
80
1309
85
1328
386
Temp. [°C]
Weerstand [Ω]
90
1347
95
1366
100
1385
105
1404
110
1423
115
1442
120
1461
125
1480
130
1498
135
1515
140
1536
Temp. [°C]
Weerstand [Ω]
145
1555
150
1573
155
1592
160
1611
165
1629
170
1648
175
1666
180
1685
185
1703
190
1722
195
1740