Werk niet s' nachts, omdat u dan slechter ziet, of bij
regen, sneeuw of storm, omdat de richting van de val
van de boom onvoorspelbaar is.
• Plan uw werk met de kettingzaag vooruit.
• De werkomgeving om de boom dient vrij te zijn, zo-
dat u een veilige stand heeft.
• Bij zaagwerkzaamheden op een helling dient de
machinevoerder zich altijd op het hoger gelegen
niveau van de werkomgeving op te houden, omdat
de boom na het kappen vermoedelijk naar bene-
den rolt ofwel glijdt.
De volgende voorwaarden kunnen de richting
van de val van een boom beïnvloeden:
• Windrichting en -snelheid.
• Neiging van de boom. De neiging is op grond van
oneffen of hellend terrein niet altijd herkenbaar.
Bepaal de neiging van de boom met behulp van
een lood of een waterpas.
• Takkengroei (en dus gewicht) aan slechts één kant.
• Omringende bomen of obstakels.
Let op vernielde en verrotte boomdelen.
Wanneer de stam verrot is, kan hij plotseling breken
en op u vallen. Zorg ervoor dat voldoende plaats
voor de vallende boom voorhanden is. Houd een
afstand van 2 1/2 boomlengten tot de volgende per-
soon ofwel andere objecten. Motorlawaai kan boven
waarschuwroepen uitkomen.
Verwijder vuil, stenen, losse schors, spijkers, nieten
en draad van de zaagplek.
m Houd een vluchtweg vrij (afb. A)
Positie 1: Vluchtweg
Positie 2: Richting van de val van de boom
Kappen van grote bomen – alleen met dienover-
eenkomstige opleiding (vanaf 15 cm doorsnede)
Voor het kappen van grote bomen gebruikt men de
ondersnijmethode. Daarbij wordt zijdelings een wig
uit de boom gesneden, overeenkomstig de gewenste
richting van de val. Nadat de valsnede aan de andere
kant van de boom werd verricht, valt de boom in de
richting van de wig.
m AANWIJZING
Wanneer de boom grote steunwortels vertoont, die-
nen deze te worden verwijderd, voordat de kerf inge-
sneden wordt. Indien de zaag voor de verwijdering
van de steunwortels gebruikt wordt, dient de zaag-
ketting niet de grond te raken, zodat de ketting niet
stomp wordt.
Ondersnede en kappen van de boom (afb. B-C)
• Zaag loodrecht op de richting van de val een kerf
met een diepte van 1/3 van de boomdoorsnede.
142 | NL
www.scheppach.com / service@scheppach.com / +(49)-08223-4002-99 / +(49)-08223-4002-58
Eerst de onderste horizontale kerfsnede (afb. B,
pos. 1) doorvoeren. Daardoor wordt het inklemmen
van de zaagketting of geleidingsrail bij het zetten
van de tweede kerfsnede (afb. B, pos. 2) verme-
den. Verwijder nu de uitgesneden wig.
• Aansluitend kunt u op de tegenoverliggende boom-
kant de valsnede (afb. B, pos. 3) uitvoeren. Zet
daarvoor ongeveer 5 cm boven het midden van de
kerf aan. De valsnede parallel met de horizontale
kerfsnede uitvoeren. De valsnede (pos. 3) maar zo
diep inzagen, dat nog een verbindingsstuk (pos.
4) (valrand) staan blijft die als scharnier kan fun-
geren. Het verbindingsstuk voorkomt dat de boom
draait en in de verkeerde richting valt. Zaag het
verbindingsstuk niet door.
m AANWIJZING
Voordat de velsnede wordt voltooid, moet u zo nodig
de snede met wiggen vergroten om de valrichting te
controleren. Gebruik uitsluitend houten of kunststof
wiggen. Stalen of ijzeren wiggen kunnen terugslag
en schade aan het apparaat veroorzaken.
• Let op tekenen dat de boom begint te vallen, zoals
een krakend geluid, de zich openende velsnede of
bewegingen van de bovenste takken.
• Wanneer de boom begint te vallen, moet u onmid-
dellijk de kettingzaag stoppen en neerleggen en
de plek verlaten via de vluchtroute.
• Zaag geen gedeeltelijk gevelde bomen met uw ket-
tingzaag, om letsel te voorkomen. Wees bijzon-
der voorzichtig met gedeeltelijk gevelde bomen
die niet worden ondersteund. Als een boom niet
volledig valt, moet u de kettingzaag stoppen en ter
ondersteuning gebruik maken van een handlier,
katrol of trekker.
Zagen van een gekapte boom (stamsplitsing)
De term "stamsplitsing" duidt op het splitsen van een
gekapte boom in stammen met de telkens gewenste
lengte.
m AANWIJZING
Ga niet op de stam staan die u net snijdt. De stam
zou kunnen wegrollen en u verliest uw stand en de
controle over het apparaat. Voer de zaagwerkzaam-
heden nooit op hellende grond uit.
Belangrijke instructies
• Zaag altijd maar één stam of tak.
• Wees voorzichtig bij het snijden van gesplinterd
hout. U zou door scherpe stukjes hout kunnen wor-
den getroffen.
• Snijd kleine stammen of takken op een zaagblok.
Bij het snijden van stammen mag geen andere per-
soon de stam vasthouden. Beveilig de stam ook
niet met uw been of voet.