Plaats de indicator op het symbool Oneindig om de
tijdcontrole uit te sluiten.
Aan het einde van de ingestelde tijd laat de oven
een
geluidssignaal
uitgeschakeld
en
onderbroken.
Stel de snelheid van de ventilator in door middel
het omschakelen van de toets 8.
AFVOERVENTIEL
De vochtafvoer stoot de vocht uit die zich tijdens
-
de bereidingscyclus in de bereidingskamer kan
vormen.
Ook als het ventiel is gesloten bestaat geen gevaar
voor
het
ontstaan
-
bereidingskamer aangezien door de onderste
afvoer stoom naar buiten stroomt.
tijdens de bereiding op STOOM of GEMENGD
-
wordt aanbevolen de hendel van het ventiel in de
gesloten stand te plaatsen.
TEMPERATUURREGELING
De knop van de thermostaat heeft de volgende
standen:
UIT
MINIMALE TEMPERATUUR
TUSSENTEMPERATUREN
MAXIMALE TEMPERATUUR
VLAMCONTROLE
De vlamcontrole met behulp van een elektrode
-
garandeert een normale functionering van de
brander(s).
Het systeem vertoont een storing als de brander
-
plotseling uit gaat of stoort.
horen,
wordt
de
oven
wordt
het
kookproces
van
overdruk
in
Het lampje op het instrumentenpaneel gaat
branden, de gastoevoer wordt afgesloten en de
-
bereidingscyclus wordt tijdelijk onderbroken in
afwachting dat de gebruiker ingrijpt.
Om de herstelprocedure van de vlamwering te
starten dient 1 seconde lang op de knop 9 te
-
worden gedrukt. De vlamcontrole probeert 3 maal
de ontsteking te verrichten, alvorens een alarm te
geven.
12. INUTILITEITSPERIODE
Verricht
de
voorziene, lange inactiviteit van de apparatuur:
Maak de apparatuur nauwgezet schoon.
Een lap bevochtigd met vaselineolie over de
de
roestvrijstalen oppervlakken halen zodat ze door
een beschermend laagje worden bedekt.
Sluit de kranen of hoofdschakelaars voor de
apparatuur.
Verricht de volgende procedure na een lange
inactiviteit van de apparatuur:
Controleer de apparatuur alvorens ze opnieuw te
gebruiken.
Laat de elektrische apparatuur minstens 60
minuten lang op minimale temperatuur werken.
IV.
13. MEDEDELINGEN VOOR DE REINIGING
LEES DEZE HANDLEIDING AANDACHTIG
DOOR.
INFORMATIE OVER DE VEILIGHEID
TIJDENS DE INSTALLATIE, HET GEBRUIK
EN
APPARATUUR.
DE FABRIKANT AANVAARDT GEEN
AANSPRAKELIJKHEID
WEGENS DE NIET-NALEVING VAN DE
ONDERSTAANDE PLICHTEN.
HAAL DE ELEKTRISCHE VOEDING VAN
DE
AANWEZIG,
HANDELING TE VERRICHTEN.
60
volgende
procedure
AANWIJZINGEN VOOR DE
REINIGING
HET
GEEFT
HET
ONDERHOUD
VOOR
APPARATUUR
LOS,
ALVORENS
voor
een
BELANGRIJKE
VAN
DE
SCHADE
INDIEN
EEN