Aansluiting Op De Aarde En Op Equipotentiaal Punt; Aanpassing Op Een Ander Gastype - Modular FCG 051 V Serie Installation-Emploi-Entretien

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 24
Verifieer na de aansluiting of de aansluitpunten
niet lekken.
AANSLUITING OP ELEKTRICITEITSNET
Verifieer of de apparatuur kan functioneren met de
spanning en de frequentie van de voeding.
Controleer de gegevens van het typeplaatje van de
apparatuur en het plaatje dat in de buurt van het
klemmenbord is aangebracht.
Installeer op een goed bereikbare plaats voor de
apparatuur een omnipolaire afscheider met een
opening tussen de contacten die een volledige
afkoppeling volgens de voorwaarden van de
overspanningscategorie III mogelijk maakt.
Gebruik een flexibele voedingskabel met rubberen
isolatie en eigenschappen die op zijn minst gelijk
zijn aan het type H05 RN-F.
Sluit de voedingskabel aan op het klemmenbord
volgens de aanwijzingen van het schakelschema
dat samen met de apparatuur is geleverd.
Zet de voedingskabel vast met de wartel.
Bescherm de voedingskabel buiten de apparatuur
met een metalen of stugge plastic buis.
Laat de beschadigde voedingskabel door de
fabrikant, diens servicecentrum of door een
soortgelijk gekwalificeerd personeel vervangen om
risico's te vermijden.
OP DE PANELEN DIE TOEGANG BIEDEN
TOT DELEN ONDER SPANNING IS HET
SYMBOOL
AANGEBRACHT.
AANSLUITING
OP
DE
EQUIPOTENTIAAL PUNT
Sluit de elektrisch gevoede apparatuur aan op een
functionerende aarding. Sluit de aardgeleider aan
op de aansluitklem met het symbool
aangegeven naast de aansluitklem voor de
inkomende lijn.
Sluit de metalen structuur van de elektrisch
gevoede apparatuur aan op een equipotentiaal
punt. Sluit de geleider aan op de aansluitklem met
het symbool
dat aan de buitenkant van de
bodem is aangegeven.
AANSLUITING OP WATERNET
Voorzie de apparatuur van drinkwater. De
toevoerdruk van het water moet 150 - 300 kPa
bedragen. Gebruik een drukreductor als de
toevoerdruk hoger is dan de gegeven maximale
druk.
Installeer op een goed bereikbare plaats voor de
apparatuur een mechanisch filter en een kraan.
"HOOGSPANNING"
AARDE
EN
OP
dat is
57
Verwijder eventueel ijzerhoudend afval uit de
leidingen alvorens het filter en de apparatuur aan
te sluiten.
De
niet-aangesloten
waterdichte dop afsluiten.
Verifieer na de aansluiting of de aansluitpunten
niet lekken.
AANSLUITING OP WATERAFVOER
Sluit de afvoerbuis "C" aan op een afvoerleiding
met gelijke doorsnede en een lengte tussen 0,5 en
3 meter, bestand tegen een temperatuur van
tenminste 100°C.
Deze leiding moet verplicht lozen via een sifon (van
80 mm hoogte) in een open afvoer "O" ("Air-
Break") of in een rooster op de vloer.
Om te voorkomen dat eventueel retourwater
vanuit het afvoersysteem de interne leidingen van
de oven of de ovenkamer kan bereiken.
Vermijd langs het gehele afvoertraject knelpunten
op flexibele leidingen of bochtstukken op metalen
leidingen.
Vermijd
gedeeltes
die
stilstaand
(minimale helling 5%).
8. AANPASSING OP EEN ANDER
GASTYPE
Tabel TAB1 geeft:
de gastypen die ze voor de functionering van de
-
apparatuur kunnen gebruiken.
de verstuivers en de regelingen voor de
-
verschillende bruikbare gastypen.
Het nummer van de verstuivers gegeven in tabel
Tab1 is op de verstuiver aangebracht.
Volg de aanwijzingen van de tabel TAB1 en verricht
de onderstaande aanwijzingen om de apparatuur
aan het gewenste gastype aan te passen:
- Vervang de verstuiver van de hoofdbrander (UM).
Breng de sticker met het nieuwe gastype aan op de
-
apparatuur.
De verstuivers en de stickers worden samen met
-
de apparatuur geleverd.
GASOVEN
VERVANGING VAN DE VERSTUIVER VAN DE
HOOFDBRANDER
Demonteer de verstuiver UM en vervang hem door
de verstuiver beschreven in tabel TAB1.
Draai de verstuiver UM helemaal aan.
aansluitingen
met
een
bovendien
horizontale
water
veroorzaken

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières