OPMERKING: Om te kunnen genieten van een expliciete of impliciete garantie, moet het apparaat hersteld worden door een
goedgekeurd Mirka Service Centrum. De volgende algemene onderhoudsinstructies mogen enkel opgevolgd worden nadat de garantiet-
ermijn verstreken is.
INSTRUCTIES VOOR DEMONTAGE
Het vervangen van handvaten:
1. Het handvat (29) heeft twee "klepjes" die zich onder de in- en
uitlaat rond de schuurmachine klemmen. Open met een
kleine schroevendraaier een van de klepjes van het handvat.
Duw de schroevendraaier dan verder onder het handvat en
wrik het handvat los van de schuurmachine. U brengt het
handvat op één lijn met de schuurmachine en schuift het
onder de (27) regelhendel. Dan duwt u het handvat neer
tot deze op de schuurmachine zit. Zorg ervoor dat de twee
klepjes zich onder de in- en uitlaat bevinden.
Demontage van de motor:
1. Verwijder de (48) Schijf van de machine door de vier (44)
schroeven te verwijderen met behulp van de (49) 2,5mm Hex
Moersleutel. Schroef het apparaat lichtjes vast met behulp
van de (MPA0026) T-7 onderhoudsklem of een klem met kus-
sentjes, met de onderkant van de (45) Schijfsteun naar boven
gericht. Verwijder de (47) Schroef en vier (46) Schroeven.
Verwijder (46) Schroeven met behulp van de 2,5 Hex Moer-
sleutel. Let op, en verzamel, de optionele die zich bevinden
tussen de (24) Spindelassemblage en de Schijfsteun.
2. Neem de machine uit de behuizing en verwijder de Zachte
Kraag. Verwijder de (41) Sluitring, indien van toepassing.
Verwijder de vier (36) Schroeven en de (37) Ringen uit de
Behuizing met behulp van de (49) 2,5 mm Hex moersleutel
en verwijder de Schijfsteunen. Schroef het apparaat lichtjes
vast met behulp van de (MPA0026) T-7 onderhoudsklem of
een klem met kussentjes, met de (12) Sluitring naar boven
gericht.
3. Verwijder de (12) Sluitring met de (MPA0025) T-6 Moersleutel
voor motorsluitringen / spindeltrekker. De motorassemblage
kan nu uit de (31) Behuizing worden getild.
4. Verwijder de (1) Bevestigingsring uit de groef in de (13) Lans-
stabilisator en de (4) O-Ring van de (5) Cilinder.
5. Verwijder de (3) Achterste eindplaat. Hiervoor kan het nodig
zijn de Achterste Eindplaat op de (MPA0416) Pakkingdeler
te plaatsen en de lans voorzichtig door de (2) pakking en
Achterste Eindplaat te duwen. Verwijder de (5) Cilinder en de
(6) Rotor met de vijf (7) Bladen uit de (13) Lansstabilisator.
Verwijder de (8) Spie uit de Asstabilisator en druk uit de (9)
Voor Eindplaat met de (10) Lager. Het kan nodig zijn om het
lager te verwijderen met een apparaat dat de lagers scheidt
als deze samen met de as en de stabilisator mee uit de
voorste eindplaat kwam.
6. Verwijder de Lager(s) uit de Eindplaten door middel van het
apparaat (MPA0036) T-8 om lagers uit de eindplaat te druk-
ken.
7. Verwijder de (12) bevestigingsring uit de (13) Asstabilisator.
Verwijder de (11) O-ring uit de Sluitring en leg deze aan de
kant.
Demontage van de Asstabilisator en Spindel:
1. Schroef het uiteinde van de as van de (13) Asstabilisator in
een klem met kussentjes. Maak met een dunne schroeven-
draaier de gegroefde kant van de (24) bevestigingsring los en
verwijder de ring.
2. Schroef het vrouwelijke uiteinde van de (MPA0102) T-12
5/16-24 tot M6 x 1P Adapter in het mannelijke uiteinde
(MPA0025) T-6 Motor Sluitring Moersleutel/Spindeltrekker.
Schroef de Service Moerassemblage handvast in de (24)
MIRKA 10,000 OPM
81 mm x 133 mm (3 in. x 5 in.)
EXCENTRISCHE SCHUURMACHINE
HANDLEIDING
Spindelassemblage. Verhit de grootste kant van de (13)
asstabilisator zachtjes met propaangast of een hete lucht
pistool tot de temperatuur ongeveer 100° C (212° F) bereikt,
en dit om de lijm te verzachten. Oververhit het onderdeel
niet. Verwijder de Spindelassemblage door met de schuiver
de spindel enkele keren flink naar buiten te slaan. Laat de
Spindel en de Asstabilisator weer afkoelen.
3. Verwijder de (17) bevestigingsring uit de (24) Spindelassem-
blage. Gebruik de (MPA0416) kleine Lagerscheider om het
(18) Lager, (19) Vulstuk, (20) Lager, (21) Vulstuk en de (22)
leertje te scheiden van de spindelassemblage.
4. De AirSHIELD™ componenten worden op hun plaats
gehouden door de zachte druk van de (16) Bevestiging. Deze
componenten kunnen bij verwijdering beschadigd worden
en het is mogelijk dat ze na demontage weggegooid moeten
worden. Om de Bevestiging te verwijderen, gebruik tu een
o-ring haakje of #8 metalen schroef om de bevesting te
grijpen en los te trekken. Verwijder de (15) Klep en de (14)
Filter uit het boorgat van de (13) Asstabilisator. De Bevestig-
ing en Klep kunnen opnieuw gebruikt worden indien ze niet
beschadigd zijn. De filter dient echter vervangen te worden
wanneer alles weer gemonteerd wordt.
Demontage van de behuizing:
1. Voor Niet Vacuüm (NV) en Centraal Vaccum (CV) machines,
volg onderstaande stappen A – C op (tenzij anderszins
aangegeven). Voor Zelf-Genererend Vacuüm (SGV) ma-
chines vervallen stappen A – E en begint u bij onderstaande
Stap F.
A. Draai de (52) Geluiddemper behuizing los van de (31) Behu-
izing.
B. Verwijder de (50) Geluiddemper uit het gat van de (52) Gelu-
iddemper behuizing.
C. Verwijder de (51) Plaat en tweede (501) Geluiddemper uit de
uitlaat van de (31) Behuizing. Voor niet vacuüm machines ga
naar stap 2. Voor centraal vacuüm machines ga naar stap D
- E
Voor machines met CV (centraal vacuüm) uitlaat:
D. Verwijder de (70) Schroef, (69) Leertje en (68) Moer.
E. Druk omlaag op het draai uiteinde van de (66) Ø 1 in./28 mm
OS SuperVAC™ CV Warteluitlaatassemblage of het (67) Ø
¾ in./19 mm SuperVAC™ CV Warteluitlaatassemblage door
de tab aan het uiteinde van de uitlaatassemblage van de (42)
Snap-in Uitlaatadapter vrij te geven. Ga verder met stap 2.
Voor machines met SGV uitlaat:
F. Schroef de (58) SGV Bevestigingsassemblage los met een
(MPA0849) 8.hex moersleutel. Verwijder de twee (57) O-Rin-
gen. Verwijder de (59) Ø 1 in./28 mm SGV Warteluitlaatas-
semblage of de (60) Ø ¾ in./19 mm Slang SGV Warteluitlaa-
tassemblage. Ga verder met Stap 2.
2. Draai de twee (39) Schroeven los van de twee (40) Ver-
sterkingsringen of de (40) Versterkingsring - (42) CV/SGV
Versterkingsringen. Let op dat de (38) Schroefdraden niet
eruit vallen. Verwijder ze uit de (31) Behuizing.
3. Zet de (34) Toerentalbediening in de middelste stand en
verwijder de (35) Bevestigingsring. De toerentalbediening kan
nu eruit getrokken worden. Verwijder de (33) O-Ring uit de
Toerentalbediening.
4. Draai de (56) businlaatassemblage uit de (31) Behuizing.
Verwijder de (55) Veer, (54) Klep, (53) Zitting, (32) Klepsteel
78