5. Voor het inschakelen van het product, drukt u de aan/
uit-schakelaar (4) in.
6. Maak de inschakelvergrendeling (1) los.
Opmerking:
Het is niet nodig om de inschakelblokkering na het starten
van het product ingedrukt te houden. De inschakelblokke-
ring moet een onvoorzien starten van het product verhin-
deren.
Uitschakelen
1. Voor het uitschakelen, laat u de aan/uit-schakelaar (4)
los.
2. Monteer altijd de meegeleverde kettingzwaard- en
kettingbescherming (19) of de mesbescherming (13)
nadat u met het product hebt gewerkt.
10.2
Overbelastingsbeveiliging
Bij overbelasting van de accu schakelt deze vanzelf uit.
Na een afkoeltijd (variërend in tijd) kan het product weer
worden ingeschakeld.
11 Werkinstructies
GEVAAR
Gevaar voor letsel!
Dit hoofdstuk behandelt de basistechniek voor het ge-
bruik van het product.
De hier verstrekte informatie vervangt niet de jarenlan-
ge opleiding en ervaring van een vakman.
Vermijd werkzaamheden waarvoor u niet voldoende ge-
kwalificeerd bent!
Onzorgvuldig gebruik van het product kan ernstig letsel
of zelfs de dood tot gevolg hebben!
VOORZICHTIG
Na het uitschakelen loopt het product na. Wacht tot het
product volledig tot stilstand is gekomen.
Aanwijzingen:
Let er voor het inschakelen op dat het product geen voor-
werpen aanraakt.
Enige geluidsoverlast van dit product is onvermijdelijk.
Stel werkzaamheden met lawaai uit tot goedgekeurde en
aangewezen tijden. Houdt u evt. aan de rusttijden.
Werk alleen op vrije, vlakke oppervlakken met het inzet-
gereedschap.
Inspecteer het te snijden gebied zorgvuldig en verwijder
alle vreemde voorwerpen.
Vermijd het stoten tegen stenen, metaal of andere obsta-
kels.
Het inzetgereedschap kan beschadigd raken en er be-
staat een risico op terugslag.
• Voorgeschreven beschermende uitrusting dragen.
• Let op dat overige personen zich op een veilige af-
stand bevinden ten opzichte van uw werkomge-
ving. Een ieder die de werkomgeving betreedt,
moet een persoonlijke beschermingsuitrusting
dragen. Fragmenten van het werkstuk of gebroken in-
zetstukken kunnen wegvliegen en verwondingen ver-
oorzaken, ook buiten het directe werkbereik.
90 | NL
• Als er vreemde voorwerpen worden aangetroffen,
schakelt u het product direct uit en verwijdert u de ac-
cu. Controleer het product op beschadigingen en voer
de noodzakelijke reparaties uit voordat u het product
opnieuw start en ermee gaat werken. Indien het pro-
duct bij het starten ongewoon sterk trilt, moet deze di-
rect worden onderzocht.
• Houd het elektrisch gereedschap aan de geïso-
leerde greepvlakken vast, als u werkzaamheden
uitvoert,
stroomsnoeren kan raken. Als de machine in con-
tact komt met een onder spanning staande kabel,
kunnen de metalen onderdelen van het apparaat on-
der spanning komen te staan en elektrische schokken
veroorzaken.
• Het gebruik van het product bij onweer is verboden -
Bliksemgevaar!
• Controleer het product voor elk gebruik op zichtbare
defecten, zoals losse, versleten of beschadigde on-
derdelen.
• Product inschakelen en pas daarna het te bewerken
materiaal toevoeren.
• Oefen niet te veel druk uit op het product. Laat het
product het werk doen.
• Houd het product tijdens het werk altijd goed vast
met beide handen. Zorg voor een veilige stand.
• Voorkom een onnatuurlijke lichaamshouding.
• Controleer of de draagriem in een comfortabele posi-
tie is, zodat u het product gemakkelijker kunt vasthou-
den.
11.1
Heggenschaar
11.1.1
• Snij dikke takken eerst weg met de snoeischaar.
• Met de dubbelzijdige maaibalk is het mogelijk om een
snede in beide richtingen te maken of door pendelbe-
wegingen van de ene zijde naar de andere zijde te
gaan.
• Beweeg bij een verticale snede het product gelijkma-
tig naar voren of in een boog omhoog en omlaag.
• Beweeg bij een horizontale snede het product sikkel-
vormig naar de rand van de heg, zodat afgesneden
takjes naar de grond vallen.
• Om lange rechte lijnen te verkrijgen, is het raadzaam
om koorden te spannen.
11.1.2
Het is raadzaam om heggen in een trapeze-achtige vorm
te snijden, om het kaal worden van de onderste takken te
voorkomen. Dit komt overeen met de natuurlijke planten-
groei en hierdoor kan de heg optimaal groeien. Bij het
snijden worden alleen de nieuwe jonge scheuten geredu-
ceerd, zo vormt zich een dichte haag en een goede visue-
le bescherming.
• Snij eerst de zijkant van de heg bij. Beweeg daartoe
het product met de groeirichting van onder naar bo-
ven. Als u van boven naar onder snijdt, bewegen de
dunnere takjes naar buiten, waardoor er uitgedunde
plaatsen of gaten kunnen ontstaan.
• Snij daarna de bovenkant naar wens recht, puntvor-
mig of rond.
www.scheppach.com
waarbij
het
inzetstuk
Snijtechnieken
Snijhoeken snijden
verborgen