Fout
De stand-byoplader stopt het oplaad-
proces.
De volledige laadstroom wordt niet
bereikt.
Het oplaadproces is langzaam.
De accu wordt niet meer opgeladen.
Het voertuig start niet.
De LiFePo4-accu wordt niet opgela-
den.
De startaccu wordt niet opgeladen.
Foutcodes
Fout
De ledindicator van de uitgang gaat
rood branden. De acculader wordt au-
tomatisch uitgeschakeld.
De ledindicator van de ingang gaat
rood branden. De acculader wordt au-
tomatisch uitgeschakeld.
De ledindicator van de ingang knip-
pert snel rood. De acculader wordt au-
tomatisch uitgeschakeld.
Mogelijke oorzaak
De accu is defect.
De accuklemmen zijn niet correct ver-
bonden.
De accu is sterk gesulfateerd.
De accu is defect.
De acculader is aangesloten op het
elektriciteitsnet. Het aangesloten relais
voorkomt dat het voertuig start.
De voedingsspanning is te laag. De
acculader gee aan dat de lage span-
ning niet veilig is.
Er is geen AC-bron beschikbaar.
Mogelijke oorzaak
De acculader hee een kortsluiting ge-
detecteerd van een aangesloten appa-
raat aan de uitgangszijde.
De AC-ingang is instabiel.
De acculader hee een kortsluiting ge-
detecteerd van een aangesloten appa-
raat aan de ingangszijde.
De ingangszekering is doorgebrand.
De accu die is aangesloten op het IBS
is oververhit (>52 °C).
Voorstel tot oplossing
Vervang de accu.
Controleer de verbindingen.
Zorg ervoor dat de kabeldoor-
snede geschikt is voor 30 A.
Controleer de spanningen. Meet
deze rechtstreeks aan de klem-
men/klemschroeven.
Vervang de accu.
Vervang de accu.
Ontkoppel de acculader van het
elektriciteitsnet.
Start het oplaadproces opnieuw
(zie
De startaccu opladen met de
huisaccu
op pagina 158).
1.
Controleer of de AC-aansluiting
correct is aangesloten.
2.
Zorg ervoor dat er spanning aan-
wezig is.
3.
Laad de startaccu op met behulp
van de huisaccuspanning door
de startkabelknop ten minste 2 s
in te drukken.
Voorstel tot oplossing
Vervang het kortgesloten appa-
raat.
Alleen LiFePO4-accu's: Als
de acculader is aangesloten op
een AC-bron, reset dan de AC-
aansluiting.
Sluit de D+ aansluiting opnieuw
aan.
Sluit de AC-ingang opnieuw aan.
Koppel indien nodig de AC-bron
los en sluit de acculader aan op
een DC-bron.
Vervang het kortgesloten appa-
raat.
Reset het aangesloten apparaat.
Laat de bijbehorende accu af-
koelen tot onder 45 °C.
NL
159