• Stationair of mobiel gebruik
De acculader is niet geschikt voor:
• Gebruik buiten
• Installatie in boten
Dit product is alleen geschikt voor het beoogde gebruik en de toepassing in overeenstemming met deze gebruiks-
aanwijzing.
Deze handleiding gee informatie die nodig is voor een correcte installatie en/of correct gebruik van het product.
Een slechte installatie en/of onjuist gebruik of onderhoud leidt tot onbevredigende prestaties en mogelijke storin-
gen.
De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor letsel of schade aan het product die het gevolg is van:
• Onjuiste montage of aansluiting, inclusief te hoge spanning
• Onjuist onderhoud of gebruik van andere dan door de fabrikant geleverde originele reserveonderdelen
• Wijzigingen aan het product zonder uitdrukkelijke toestemming van de fabrikant
• Gebruik voor andere doeleinden dan beschreven in deze handleiding
Dometic behoudt zich het recht voor om het uiterlijk en de specificaties van het product te wijzigen.
8 Technische beschrijving
De acculader kan accu's die aan boord van voertuigen of boten worden gebruikt voor stroomopwekking of voorziet
ze van een druppelspanning zodat ze niet ontladen. De acculader laadt accu's automatisch op en onderhoud ze met
druppellading nadat het laden is voltooid. De acculader kan langere tijd met de accu's zijn verbonden zonder ze te
beschadigen.
De acculader kan worden gevoed voor het opladen vanaf een externe AC-bron of een DC-bron via de dynamo in
het voertuig. Bij het opladen via een AC-bron kan de acculader 2 accu's onafhankelijk van elkaar opladen. Bij het op-
laden via een DC-voedingsbron is de laadspanning onafhankelijk van spanningsvariaties van de dynamo als gevolg
van een ingebouwde buck-boost-regelaar.
Het starten van het voertuig kan worden ondersteund met de ingebouwde buck-boost-functie tijdens de startcyclus
of de mogelijkheid om de startaccu gedurende een beperkte tijd op te laden via de huisaccu.
Met de ingebouwde buck-boost-functie kan de huisaccu tijdens het rijden worden opgeladen.
Het laadproces kan worden geregeld via:
• een afstandsbediening
• een monitoring- en regelapparaat
• de CI-bus van het voertuig
• een intelligente accusensor (IBS)
De acculader kan in 3 verschillende modi werken:
NL
147