Textron RANSOMES Frontline 951 Plus Mode D'emploi page 103

ALGEMENE INSTRUCTIES
NL
ALGEMENE
BEDIENINGSINSTRUCTIES
Zorg ervoor dat iedereen die met deze machine
werkt de instructies in deze handleiding heeft
gelezen en volledig begrepen. Alle cirkelmaaiers
zijn in principe gevaarlijk. Laat niemand deze
machine onderhouden of ermee werken die niet
volledig vertrouwd is met alle bedieningsorganen
en veiligheidsvoorschriften.
HET STARTEN VAN DE MOTOR
Vóór het starten van de motor controleren of de
parkeerrem aan staat, de voet niet op het vooruit/
achteruitpedaal rust en dat de PTO's uitgescha-
keld zijn. Controleer of alle beschermkappen en
schilden op hun plaats zitten en of alle onderde-
len bedrijfsklaar zijn. Let in het bijzonder op de
betrouwbaarheid van de messen, banden, de
stuurinrichting en de remmen.
RIJDEN MET DE MACHINE
– Houd u aan de lokale verkeersregels en wees
voorzichtig bij het werken op of in de buurt
van wegen.
– Verplaats de machine niet als het
maaigedeelte draait.
– Verwijder hindernissen uit het te maaien
gebied of maai er omheen om de kans dat u
zichzelf of anderen verwond te beperken.
– Stop niet plotseling als de maaidekken
ophoog staan.
– Rem af voor het nemen van een bocht.
– Wees extra voorzichtig als u de machine op
of van een vrachtwagen haalt.
– Laat de machine nooit in een afgesloten
ruimte draaien.
HET VERLATEN VAN DE
BESTUURDERSPLAATS
– Parkeer de machine op vlak terrein. Zet de
PTO uit, de parkeerrem aan en zet de motor
uit.
– Haal de contactsleutel eruit.
WERKEN OP HELLINGEN
WEES EXTRA VOORZICHTIG BIJ HET
WERKEN OP HELLINGEN
– Maai hellingen met machines waar u op rijdt
altijd van boven naar beneden, niet dwars.
– Werk nooit op hellingen als de maaidek(ken)
omhoog staan.
– Let op verhogingen en verlagingen van de
helling. Kijk uit voor kuilen, stenen, wortels, en
andere verborgen gevaren in het terrein. Blijf
uit de buurt van te steile hellingen. Vermijd
RANSOMES Frontline 951 Plus
GEBRUIKERS INSTRUKTIE
stukken grond waar de machine kan gaan
glijden.
– Als de bestuurder van de machine zich
ongemakkelijk voelt of onzeker is over de
stabiliteit van de machine dan moet het werk
op deze hellingen onmiddellijk worden
gestaakt.
– Op ongelijke, losse of natte grond moet men
de hoeken verkleinen. Men moet gelijkmatige
bewegingen (geen ongelijkmatige) maken om
de stabiliteit te helpen behouden. Ervaren
bestuurders kunnen in staat zijn om op
steilere hellingen veilig met de machine
werken. De eindverantwoording voor het veilig
werken op hellingen ligt bij de bestuurder.
– Maai niet in de buurt van te steile hellingen,
sloten of oevers. Maai niet onder natte
omstandigheden.
– Start of stop niet plotseling als u een helling
op of af gaat.
– Plaats bij het werken met de machine nooit
uw voet op de grond.
– Gebruik lagere snelheden en wees zeer
voorzichtig op hellingen en scherpe bochten
om kantelen en het verliezen van de macht
over de besturing te voorkomen. Wees extra
voorzichtig bij het veranderen van richting op
hellingen.
– Zorg voor een gelijkmatige druk op het pedaal
bij het vooruit naar beneden rijden op
hellingen.
– Gebruik op hellingen geen grasopvangers of
andere grote hulpgereedschappen.
VERSTOPT OF GEBLOKKEERD DEK
– Stop de motor, zet de PTO uit en zet de
parkeerrem aan. Wacht totdat de messen
stilstaan voordat u het materiaal dat het
maaidek verstopt verwijdert.
– Haal blokkeringen voorzichtig weg. Houd alle
lichaamsdelen uit de buurt van de snijkanten
van de messen. Houd andere personen uit de
buurt van het maaidek.
– Het draaien van één mes zorgt ervoor dat de
anderen eveneens gaan draaien.
– Demonteer de machine niet zonder het
opheffen of beperken van krachten die ervoor
kunnen zorgen dat onderdelen plotseling gaan
bewegen.
– Stop de motor voordat de grasopvanger wordt
verwijderd of bij het ontstoppen van de
afvoergootstuk.
NL-9