Gebruiksaanwijzing zitmaaier
Let voortdurend op of zich geen
personen (vooral geen kinderen) of
dieren bevinden binnen de wer-
komgeving.
Controleer het terrein waar u de
machine gebruikt en verwijder alle
voorwerpen die kunnen worden
gegrepen en weggeslingerd door
de machine. Zo voorkomt u
gevaren voor personen en
beschadiging van de machine.
Maai niet op hellingen met een sti-
jging van meer dan 20 procent.
Werkzaamheden op hellingen zijn
gevaarlijk, de machine kan kan-
telen of wegglijden. Altijd voor-
zichtig wegrijden en remmen op
een helling. Bij het naar beneden
rijden, langzaam rijden en de motor
gekoppeld laten. Nooit diagonaal
over of dwars op een helling rijden,
altijd recht naar boven of recht naar
beneden.
Werk alleen bij daglicht of bij
voldoende kunstlicht met de
machine.
Met de machine mogen geen per-
sonen worden vervoerd. Neem
geen bijrijder mee.
Voor alle werkzaamheden aan
de machine
Bescherm uzelf tegen verwon-
dingen. Voor alle werkzaamheden
aan deze machine
– De motor uitzetten.
– De contactsleutel uit het contact
trekken.
– De parkeerrem activeren.
– Wacht tot alle bewegende onder-
delen volledig tot stilstand zijn
gekomen. De motor moet afge-
koeld zijn.
– De bougiestekker van de motor
lostrekken, zodat onbedoeld
starten van de motor onmogelijk
is.
Na werkzaamheden met de
machine
Verlaat de machine pas nadat u de
motor hebt uitgezet en de sleutel uit
het contactslot hebt getrokken.
Veiligheidsvoorzieningen
Veiligheidsvoorzieningen dienen
voor uw veiligheid en moeten altijd
correct werken.
Geen wijzigingen uitvoeren aan de
veiligheidsvoorzieningen en de
werking hiervan niet ongedaan
maken.
Veiligheidsvoorzieningen zijn:
Grasvanger/uitwerpklep/
mulchsluitstuk
Afb. 7/afb. 8
Deze delen beschermen u tegen
verwondingen door het maaimes
of naar buiten geslingerde voor-
werpen. De machine mag alleen
worden gebruikt met gemonteerde
grasvanger (a) in combinatie met
het uitwerpkanaal (b), de uitwer-
pklep (c) of het mulchsluitstuk (d).
Veiligheidsblokkeersysteem
Het veiligheidsblokkeersysteem
maakt starten van de motor alleen
mogelijk wanneer
– de bestuurder op de stoel heeft
plaatsgenomen,
– de parkeerrem is geactiveerd,
– de rijrichtinghendel op „N" staat,
– het maaiwerk uitgeschakeld is.
Het veiligheidsblokkeersysteem
schakelt de motor uit zodra de
bediener de stoel verlaat zonder
het activeren van de parkeerrem en
als het maaiwerk niet wordt uitge-
schakeld.
Het veiligheidsblokkeersysteem
voorkomt maaien zonder gemon-
teerde grasvanger (automatische
uitschakeling van de motor).
Bij machines zonder OCR-functie
of als de OCR-functie is uitge-
schakeld, voorkomt het veiligheids-
blokkeersysteem het achteruit-
rijden met ingeschakeld maaiwerk
(automatische uitschakeling van de
motor).
Daarom vóór het achteruitrijden het
maaiwerk uitschakelen.
Symbolen op de machine
Op de machine bevinden zich
diverse stickers met symbolen.
Deze hebben de volgende bete-
kenis:
Let op! Lees de gebru-
iksaanwijzing voor het
in gebruik nemen!
Houd andere perso-
nen uit de buurt van de
gevaarlijke omgeving.
Verwondingsgevaar
door ronddraaiende
messen of onderde-
len.
Verwondingsgevaar
door ronddraaiende
messen of onderde-
len.
Handen en voeten niet
in openingen houden
terwijl de machine
loopt.
Werkzaamheden
op steile hellingen
kunnen gevaarlijk zijn.
Verwondingsgevaar
door uitgeworpen gras
of voorwerpen.
Let op!
Explosiegevaar.
Nederlands
39