Componenten En Materialen; Onderhoud En Opslag; Conformiteit Van De Uitrusting - Tractel stopfor Série Instructions D'emploi Et D'entretien

3. Gebruiksomgeving
De stopfor™ toestellen kunnen op deze plaatsen
worden gebruikt:
• Op werkterreinen in de open lucht,
• Op een temperatuur van -35° tot + 60°,
• Op bouwterreinen in zeemilieu.
OPMERKING: Bij werkzaamheden waarbij
NL
materie wordt gespoten (schilderen, zandstralen ...)
moet de stopfor™
binnendringing van het product in de stopfor™.
4. Reddingsoperaties
Er dient, voor gebruik van de Stopfor, een studie
gemaakt te worden om de reddingsoperaties en het
benodigde personeel en materieel te bepalen, die
voorzien moeten worden voor het redden van een
slachtoffer na de door de stopfor™ gecontroleerde
val. Het slachtoffer moet binnen een termijn van
minder dan 15 minuten te redden zijn. Als deze termijn
verstreken is, verkeert deze persoon in levensgevaar.

9. Componenten en materialen

• Flens stopfor™ SL: roestvrij staal
• Flenzen stopfor™ B/BF/K/KS/KSP/MSP: Aluminium
• Assen: Roestvrij staal
• Ankerlijn: Polyamide
• Leiriem: Polyester
10. Gekoppelde uitrustingen
De stopfor™
valbeveiligingssysteem in verticale positie en moeten
conform de norm EN 363 zijn en moeten de volgende
elementen bevatten (van boven naar beneden):
• Verankering (EN 795).
• Uiteindeconnector (EN 362).
• Een valbeveiligingssysteem (EN 353-2) bestaande
uit een flexibele ankerlijn (touw) en een zelfremmend
mobiel valstoptoestel
weerstand van 12 kN.
• Connector (EN 362).
• Harnasgordel (EN 361).
Alle andere combinaties zijn verboden.
Een harnasgordel conform de EN 361 is
de enige uitrusting voor de beveiliging van
het lichaam die gebruikt kan worden in een
valbeveiligingssysteem. Het is raadzaam
het borstbevestigingspunt van het harnas te
38
worden beschermd
is een onderdeel van
(stopfor™) of
GEVAAR
gebruiken.

11. Onderhoud en opslag

De stopfor™ alsook de leiriem en de ankerlijn moeten
uit de buurt van vocht en op een temperatuur tussen
-35°C en +60°C opgeslagen worden.
Tijdens het transport en de opslag beschermt u de
installatie tegen mogelijke beschadigingen (scherpe
randen, directe warmtebron, chemische producten,
uv-straling,...).
tegen
Een regelmatig onderhoud dient door de gebruiker
te worden uitgevoerd. Naast de in het hoofdstuk
"Onderzoek voor gebruik" beschreven controles, dient
het volgend onderhoud te worden uitgevoerd:
• Als de ankerlijn vuil is, moet het met helder en
koud water worden gewassen, eventueel met een
wasmiddel voor delicate was. Gebruik hierbij een
synthetische borstel.
• Als de ankerlijn tijdens het gebruik of tijdens
een wasbeurt nat geworden is, moet men het
natuurlijkerwijs laten drogen in de schaduw en
beschermd tegen alle warmtebronnen;
• Inspecteer vóór elk gebruik visueel de ankerlijn over
de volledige lengte;
• Ernstige, niet zichtbare schade kan de weerstand
van de ankerlijn aantasten. Tractel
het gebruik van de ankerlijn niet toe te staan tenzij
onder toezicht van een persoon verantwoordelijk
voor de uitrusting;
• Zuren, oliën en brandstof die in contact komen
met de ankerlijn tasten de weerstand ervan aan.
De polyamidevezels van de ankerlijn worden op
dat moment door deze producten beschadigd. De
een
beschadiging van de vezels die hieruit voortvloeit, is
dus niet altijd zichtbaar met het blote oog.
• Vermijd onnodige blootstelling van de ankerlijn aan
de zon, bewaar deze op een schaduwrijke plaats en
beschermd tegen vocht.
• Vermijd wrijvingen van de ankerlijn tegen scherpe
kanten of schurende oppervlakken.
• Bewaar de ankerlijn in een zak voor de bescherming
en het transport ervan. Tractel
van een
tas voor werken op hoogte verschaffen;
• De stopfor™ vereist geen enkel bijzonder onderhoud.
Een reiniging met zeepwater is echter aanbevolen.

12. Conformiteit van de uitrusting

Bij deze verklaart de firma TRACTEL SAS RD 619
– Saint-Hilaire-sous-Romilly – F-10102 Romilly-
sur-Seine – Frankrijk, dat de in deze handleiding
beschreven uitrusting:
• conform is aan de voorschriften van de Europese
Richtlijn UE 2016/425 van maart 2016,
• identiek is aan het PBM die onderworpen zijn
geweest aan het testtype "CE", afgegeven door het
APAVE SUDEUROPE SAS – CS 60193 – 13322
beveelt dus aan
®
kan een aangepaste
®