STORING
Er komt geen verbinding tussen de handzender
en het voertuig tot stand.
Er treden functiestoringen bij het voertuig op (trillingen
in de achterkoppeling, aandrijfmotor beweegt zich
zonder dat de betreffende toetsen van de handzender
ingedrukt worden).
De betreffende leveltoets is niet verlicht, hoewel een
verbinding met het voertuig bestaat.
De betreffende leveltoets is verlicht, hoewel er geen
verbinding met het voertuig bestaat.
Bij het doorschakelen van de opgeslagen modellen
kan geen verbinding tot stand gebracht worden.
Voertuig maakt doffe klikgeluiden, als het sterk belast
wordt.
OORZAAK
Batterij /Accuspanning te laag.
Transmissiefout.
Batterij /Accuspanning te laag.
Transmissiefout.
Transmissiefout
(Het voertuig kon niet aan het betreffende level
toegewezen worden).
Transmissiefout (Het voertuig kon weliswaar
aan het betreffende level toegewezen worden,
maar geen verbinding tot stand brengen).
Verbindings- /transmissiefout
Alle aandrijvingen van het voertuig zijn met interne
slipkoppelingen uitgerust die bij overbelasting of
overmatige krachtinwerking van buitenaf de betref-
fende aandrijvingen tegen vernieling beschermen
of de gebruiker tegen verwondingen!
VERHELPEN
Batterijen /Accu's in de handzender vervangen /opladen.
Accu in het voertuig vervangen /opladen.
Handzender uit- en weer inschakelen of scan
(nieuwe verbindingsopbouw).
Voertuig uit- en weer inschakelen.
Batterijen /Accu's in de handzender vervangen /opladen.
Accu in het voertuig vervangen /opladen.
Handzender uit- en weer inschakelen of scan
(nieuwe verbindingsopbouw).
Voertuig uit- en weer inschakelen.
Handzender uit- en weer inschakelen of scan
(nieuwe verbindingsopbouw).
Voertuig uit- en weer inschakelen.
Hoewel de betreffende leveltoets niet verlicht is, functioneert
het model goed.
Handzender uit- en weer inschakelen of scan
(nieuwe verbindingsopbouw).
Voertuig uit- en weer inschakelen.
Opnieuw op de betreffende leveltoetsen drukken.
Anders de handzender uit- en weer inschakelen of scan
(nieuwe verbindingsopbouw).
Voertuig uit- en weer inschakelen.
Geen fout, maar een veiligheidsmaatregel.