75
Opnieuw instellen op fabriekswaarden
De aandrijving kan indien nodig opnieuw worden
ingesteld op de fabriekswaarden. Door de
pomp opnieuw op de fabriekswaarden in stellen,
worden alle door de gebruiker geprogrammeerde
instellingen gewist met uitzondering van de tijd
van de dag. Onderzoek vóór u de pomp opnieuw
op de fabriekswaarden instelt, of dit wel nodig
is. De wijzigingen worden namelijk onmiddellijk
doorgevoerd.
Om de pomp in te stellen op de fabriekswaarden:
1. Schakel de pomp indien nodig uit door de Start/
Stop-toets in te drukken.
2. Noteer alle zelf ingevoerde instellingen met
behulp van Tabel 3. U vindt deze instellingen
door op de toetsen "1", "2", "3" en "Quick Clean"
te drukken en alle schermen te overlopen.
Noteer ook de snelheid voor het vullen.
3. Druk de toetsen "1", "2", "3", en "Quick Clean"
gedurende 3 seconden in.
4. Als de instelling op de fabriekswaarden gelukt
is, geeft het scherm het bericht "FACt rSt" weer.
Zie Figuur 14.
5. Vergeet na het opnieuw instellen op de
fabriekswaarden niet het programma en de
vulsnelheid opnieuw in te stellen. De pomp
kan pas opnieuw draaien wanneer ze met de
Start/Stop-toets wordt ingeschakeld. Bij de
eerste inschakeling draait de pomp volgens het
ingestelde programma.
Opmerking: de fabriekswaarden kunnen niet
opnieuw worden ingesteld wanneer de toetsen
vergrendeld zijn.
Snelheid
SNELHEID 1
SNELHEID 2
SNELHEID 3
QUICK
CLEAN
Vulsnelheid
Tabel 3: Door de gebruiker ingestelde programma's
Duur
(rpm)
(Uren)
FACt
rSt
Figuur 14: Opnieuw instellen op fabriekswaarden
Starttijd
(Tijdsturing)