5.4
Werkingsprincipe
De Vacumat Eco werkt als een actieve ontgassingsinstallatie met een automatisch bijvulsysteem.
5.4.1 Basisprincipe van het ontgassen in de Vacumat Eco
Het ontgassen vindt plaats door het systeemmedium via een bypass uit de systeemcirculatie te verwijderen. Het medium stroomt
door de systeemaansluiting (A) en vervolgens door de volumebegrenzer (7) in het ontgassingsvat (8). Als de pomp werkt, ontstaat in
het ontgassingsvat (8) een gedefinieerde negatieve druk. De eigenschap van lucht om in het systeemmedium op te lossen wordt in
grote mate gereduceerd door de verlaagde druk, waardoor zich bellen vormen die opstijgen.
Dit proces wordt mogelijk gemaakt door het roterende luchtscheidingsprincipe, waarin lucht wordt afgescheiden en wordt verenigd
met de tangentiële stroom, geïntensiveerd in de richting van het midden van het vat (in de luchtkop van de ontgassingsvat). Dit
optimaliseert het ontgassen.
Alle vrije gassen en een deel van de tangentiële gassen worden op een energiebesparende manier uit het systeem verwijderd, die
niet-kritisch worden beschouwd in termen van:
• Corrosie.
• Warmteoverdracht naar verwarmingsoppervlakken.
• Stromingsgedrag in het systeem.
Dit werkt onder andere doordat de frequentie-geregelde pomp met een afgeregeld toerental langzaam het vacuüm regelt dat moet
worden opgebouwd tot een aanzienlijk niveau (temperatuur-geregeld), en zo drukgolven voorkomt.
Nadat het toerental van de pomp is verlaagd, wordt door het instromend medium de druk in het vat gelijk aan de systeemdruk,
waardoor de lucht, die zich boven het water heeft verzameld, ontwijkt via de ontluchtunit (16, 19-22).
De Vacumat Eco voert cyclisch een ontgassingscontrole uit teneinde het ontgassingsproces automatisch te pauzeren wanneer een
vooraf ingestelde gaswaarde is bereikt. Deze wordt gecontroleerd en ingesteld in de ontluchtunit.
De drukschakelaar (22) stelt vast of de lucht nog de vulgraad heeft, hetgeen leidt tot het vooraf ingestelde vacuüm in het
ontgassingssysteem (verlaagde ontgassing = MIN, normale ontgassing (standaard) = MED en sterke ontgassing = MAX).
Het medium dat naar het vat wordt gevoerd stroomt terug naar de aansluiting van de circulatieleiding (B) via een bypassleiding terwijl
de pomp draait. Het cyclisch ontgassen vindt plaats in de modus 'Fully automatic'. In deze modus is de inschakeltijd van de pomp
(opbouwen van het vacuüm) afhankelijk van het afvoeren van de afgescheiden lucht (gereduceerd pomptoerental).
Hoewel de Vacumat Eco bijzonder stil functioneert, kan het automatisch ontgassen worden onderbroken door vrij programmeerbare
onderbrekingen (bijvoorbeeld 's nachts). Het is ook mogelijk het ontgassen uit te schakelen. Het systeem is dan in de stand by
modus geschakeld. Zo nodig kan het systeem in deze stand worden bijgevuld.
5.4.2 Bijvullen
Zowel het drukgeregelde als het niveaugeregelde bijvullen kan plaatsvinden.
Het bijvullen vindt plaats wanneer de motorkogelkraan (6) schakelt; het medium stroomt via de vulopening (C) in de Vacumat Eco en
wordt door de pomp in het systeem gevoerd.
Het bijvullen onderbreekt pauzes en de stand by modus, of volgt uitgevoerde cycli voor het normaal ontgassen of het controleren van
het ontgassen.
Als de bijvulvraag actief is, heeft deze voorrang op alle andere processen omdat de druk bovenal moet worden gehandhaafd.
5.4.3 Drukgeregeld bijvullen
Druksystemen met een expansievat met (passief) membraan bijvullen tot de fabrieksdruk.
De druk waarbij de schakelaar voor het bijvullen in- en uitschakelt kan worden gewijzigd op het drukscherm.
5.4.4 Niveaugeregeld of extern geregeld bijvullen (voor actieve drukhandhaving)
De gebruiker heeft de optie van niveaugeregeld bijvullen om de druk te handhaven door gebruik te maken an een automatisch
drukhandhaafsysteem.
(Zie aansluitschema / elektrische aansluitingen). Het bijvullen vindt hier plaats zolang de externe vraag om bij te vullen actief is en het
Vacumat Eco volume of de tijd-monitoring dit toestaat.
5.4.5 Bijvullen UIT
Het bijvullen kan ook via de software in het Start menu worden uitgeschakeld.
60