2.
Zodra de positie van de Smart-zender is gekozen, markeert u de hoeken op de huid.
3.
Lijn de niet-steriele incisiesjabloon uit binnen de gemarkeerde lijnen en gebruik de sleuf van de incisiesjabloon om de huid te markeren voor de incisie.
4.
Laat de patiënt achterover liggen, het liefst op zijn of haar zij, waarbij de elleboog een hoek van maximaal 90 graden maakt en de handpalm op de borst of buik rust.
B.
De sensorverpakking en de verpakking met inbrenghulpmiddelen openen
1.
Verwijder de sensorhouder uit de sensorzak en plaats deze op het steriele vlak. Verwijder het steriele binnenbakje met de
hulpmiddelen uit de verpakking met inbrenghulpmiddelen en plaats het op het steriele vlak.
Het binnenbakje van de sensorverpakking is steriel en kan op het steriele vlak voor de procedure worden geplaatst.
2.
Bevochtig de canule in de voorgevormde holte met genoeg steriele zoutoplossing (0,9% steriele zoutoplossing
voor injectie) om de canule volledig te bedekken (circa 10 mL).
Opgelet
•
De sensor en sensorhouder zijn steriel in de ongeopende, onbeschadigde, steriele verpakking.
De sensor mag niet worden gebruikt als de steriele verpakking geopend of beschadigd is.
•
Breng de sensor NIET in als deze vanaf een hoogte van 30 cm of meer is gevallen.
•
Gebruik voor het inbrengen van de sensor uitsluitend de inbrenghulpmiddelen die zijn meegeleverd
in de kit met inbrenghulpmiddelen. Andere inbrenghulpmiddelen kunnen de sensor beschadigen.
Instructies voor het inbrengen en verwijderen van de Eversense XL CGM-sensor
105