Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
EN
NL
2A
5
46
46
1. Leveromvang
6
Terugspoelfilter BWT R1 RSF, bestaande uit:
1.
Afdekkap (bovenste gedeelte van messing)
2.
Verbindingsmodule met schroefverbindingen
en afdichtingen
1
3.
Transparante cilinder met filterelement
4.
HT-aansluiting voor spoelwater
5.
Draaiknop voor terugspoelen
Huiswaterstation BWT R1 HWS, bestaande uit:
1.
Afdekkap (bovenste gedeelte van messing)
2A. Verbindingsmodule HWS met drukverlager,
terugslagklep, schroefverbindingen en
afdichtingen (met controleschroef resp.
mogelijkheid om ingangsmanometer aan te
2
sluiten)
3.
Transparante cilinder met filterelement
4.
HT-aansluiting voor spoelwater
5.
Draaiknop voor terugspoelen
6.
Uitgangsdrukmeter
7.
Veerkap
8.
Scherm voor instelwaarde uitgangsdruk
9.
Borgschroef
10. Drukverlager
3
11. Inzetstuk drukverlager
12. Glijring
2. Beoogd gebruik
4
De filters zijn bestemd voor het filteren van drink- en
huishoudwater. Ze beschermen de waterleidingen
en de daarop aangesloten watergeleidende sys-
teemonderdelen tegen defecten en corrosieschade
door vreemde partikels zoals roestdeeltjes, splinters,
zand, hennep, etc.
9
De filters mogen niet gebruikt worden bij chemisch
behandeld circulatiewater, proceswater en koelwa-
10
ter voor doorstroomkoelingen.
Bij water met grote verontreinigingsdeeltjes moet
8
een vuilafscheider gebruikt worden.
7
De filters zijn niet geschikt voor olie, vet, oplosmid-
delen, zeep en andere smeermiddelen. Ze
zijn ook niet geschikt voor het afscheiden van in wa-
ter oplosbare stoffen.
12
Opgelet: Het instellen van de installatie en aanbren-
gen van belangrijke wijzigingen mag volgens de
11
verordening betreffende de watervoorziening V, §
12.2 enkel door de waterleidingsmaatschappij of
door een bij de waterleidingsmaatschappij geregist-
reerd installatiebedrijf gebeuren.
3. Functie
Het onbehandelde water stroomt door de waterin-
laat van het filter naar binnen en gaat via het filterele-
ment naar de wateruitlaat voor zuiver water. Daarbij
worden vreemde partikels > 90 μm aan de binnen-
zijde van het filterdoek tegengehouden. Afhankelijk
van het gewicht of de grootte vallen deze partikels
rechtstreeks in het onderste gedeelte van het filterele-
ment of blijven aan het filterdoek kleven. Door terug
te spoelen kan het filterelement regelmatig gereinigd
worden.
Het terugspoelen gebeurt handmatig en functioneert
volgens het effectieve terugspoelprincipe door afzu-
iging (terugspoelsysteem door afzuiging).
Het filterproces is ook tijdens het terugspoelen
ononderbroken actief, omdat ca. 90 % van het fil-
teroppervlak altijd beschikbaar is tijdens het filteren.
(Non-stop filtering).
Enkel bij R1 HWS: De drukverlager zorgt ervoor dat
de ingestelde uitgangsdruk nagenoeg constant blijft,
ook wanneer de ingangsdruk schommelt. Door een
gelijkmatige en niet te hoge druk worden de arma-
turen en toestellen van de volledige huiswaterinstal-
latie beschermd.
4. Installatievoorwaarden
Plaatselijke installatievoorschriften, algemene richtlij-
nen en technische gegevens in acht nemen.
Bij het terugspoelen moet er minstens 3,5 m³ spo-
elwater per uur beschikbaar zijn en moet de druk
achter het filter 2 bar zijn.
Er moet een rioolaansluiting (afvloeiing) van mins-
tens DN 50 beschikbaar zijn.
De installatieplaats moet vorstbestendig zijn en moet
het filter beschermen tegen oplosmiddeldampen,
hete olie, loog, alle soorten chemicaliën, UV-stralen
en warmtebronnen van meer dan 40 °C.
Opgelet: Houd de kunststof onderdelen vrij van olie,
vet, oplosmiddelen en zure en basische reinigings-
middelen. Na harde stoten en slagen (bijv. met on-
geschikt gereedschap, door een val op een stenen
bodem, etc.) moet een kunststof onderdeel vervan-
gen worden, ook als er geen zichtbare schade is
(risico op barsten). Vermijd extreme drukstijgingen.
5. Installatie
Monteer het filter in koudwaterleidingen voor de te
beveiligen objecten (zie installatieschema). Daarbij
moet er een stopkraan gemonteerd worden. De
stopkraan na de drukverlager moet een afvoerklep
bevatten. Monteer de verbindingsmodule in de stro-
omrichting in de horizontale of verticale koudwater-
leiding. (Let op de pijl van de stroomrichting).
Monteer het filter overeenkomstig de nominale
grootte in de koudwaterleidingen van dezelfde af-
metingen en vóór de te beveiligen objecten. Mon-
teer de afsluiter vóór en na het filter.
Monteer de schroefverbinding (2) in de leiding en
plaats het filter in de stroomrichting (let op de pijl
van de stroomrichting op het bovenste gedeelte) in
de horizontale of verticale koudwaterleiding (zie ins-
tallatieschema). Breng de spoelwateraansluiting met
slang naar het riool en zet een opvangbak (ca. 10
liter) klaar.
Let op: Conform DIN EN 1717 moet de spoelwa-
terslang op een afstand van minstens 20 mm van het
hoogst mogelijke afvalwaterniveau (vrije afvloeiing)
bevestigd worden.
Aansluiting aan de verbindingsmodule ¾" -
" :
5
/
4
1. Draai de borgring tot aan de aanslag naar links.
2. Druk de klauwen in de uitsparingen van het toestel.
3. en draai het toestel over 45° met de wijzers van
de klok mee tot aan de aanslag.
4. Trek de borgring met beide handen in de richting
van het toestel totdat hij vastklikt. Het toestel is nu
beveiligd tegen onopzettelijk draaien. Druk de
borgring in de richting van de verbindings-
module om het filter los te maken.
EN
NL
47
47
Publicité
Chapitres
