NL
Gebruiksinstructies
•
Een slecht gevormde plaat kan leiden tot een abnormale belasting van de botten of tot ongemak voor
de patiënt.
Beschadiging of breuk van het implantaat kan optreden wanneer het wordt blootgesteld aan een
•
verhoogde belasting ten gevolge van trauma, vertraagde consolidatie, afwezige consolidatie of
onvolledige genezing. Breuk van het hulpmiddel kan leiden tot extra operaties en verwijdering van het
hulpmiddel.
•
De patiënt moet worden voorgelicht, bij voorkeur schriftelijk, over het gebruik, de beperkingen en de
mogelijke bijwerkingen van dit implantaat. Deze voorzorgsmaatregelen omvatten de mogelijkheid dat
het implantaat of de behandeling faalt als gevolg van losse fixatie en/of losraken, spanning, overmatige
activiteit of voortdurende belasting na de gemiddelde genezingstijd (6-8 weken), met name als het
implantaat wordt blootgesteld aan een hogere belasting door vertraagde consolidatie, afwezige
consolidatie of onvolledige botgenezing.
•
De patiënt moet worden gewaarschuwd dat het niet opvolgen van de postoperatieve
verzorgingsinstructies ertoe kan leiden dat het implantaat en/of de behandeling mislukken.
Zoals bij elke chirurgische implantatie bestaat er een kans op beschadiging van zenuwen, botten of
•
weke delen als gevolg van chirurgisch trauma of de aanwezigheid van het implantaat.
•
Het implantaatsysteem is niet geëvalueerd voor gebruik bij het herstel van een misvorming van de
pectus of een fractuur van de costochondrale junctie.
VOORZORGSMAATREGELEN
•
Een implantaat mag nooit opnieuw worden gebruikt. Eerdere spanningen kunnen onvolkomenheden
hebben veroorzaakt die kunnen leiden tot een defect aan het hulpmiddel.
Extreme of herhaalde buiging van de implantaten kan spanningen veroorzaken die kunnen leiden tot
•
voortijdig falen van het hulpmiddel.
Vergewis u ervan dat de RibLoc
•
voorzichtig bij het hanteren om vervorming van de U-clip te voorkomen.
•
Overmatig samendrukken van de U-clip tijdens het plaatsen van het implantaat kan het bot
beschadigen.
Gebruik van het W&H-instrument met onjuiste instellingen kan het hulpmiddel beschadigen of de
•
patiënt schaden.
•
Instrumenten moeten vóór gebruik worden geïnspecteerd op slijtage of beschadiging.
De boor moet na elke operatie worden weggegooid, aangezien de boor na normaal gebruik te bot kan
•
worden om nog naar behoren te werken.
•
Als een plaatsnijder wordt gebruikt op het implantaat, neem dan de nodige voorzorgsmaatregelen; er
kan een scherpe rand zijn ontstaan.
Neem tijdens het gebruik van een boor, het snijden of installeren van platen en het inbrengen van
•
schroeven de nodige voorzorgsmaatregelen in de nabijheid van scherpe randen en punten, en wees
ervan bewust dat er stukjes metaal/splinters kunnen ontstaan. Verwijder met afzuiging of met de hand
alle waargenomen brokstukken/fragmenten uit het operatiegebied en gooi ze op de juiste manier weg.
Bescherm implantaten voor en tijdens gebruik tegen krassen en inkerven. Voorkom dat hexalobe
•
drivers, boren en instrumenten onbedoeld in contact komen met platen, aangezien dergelijke
spanningsconcentraties kunnen leiden tot defecten aan het hulpmiddel.
Het is mogelijk dat de voordelen van implantaatchirurgie niet aan de verwachtingen van de patiënt
•
voldoen of na verloop van tijd verslechteren, zodat revisiechirurgie nodig is om het implantaat te
vervangen of alternatieve ingrepen uit te voeren. Revisieoperaties met implantaten zijn niet ongewoon.
-platen en U-clips niet beschadigd zijn voor de installatie en wees
®
Nederlands – NL / PAGINA 96