2
Montage
Aanwijzingen
Let op de veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 1.
Aan de montage van accessoires liggen de bekende werkplaatsinformaties ten grondslag. Die hiervan afwijkende
montagestappen worden in hoofdstuk 2 en 3 uitvoerig beschreven.
Werkzaamheden vooraf ........................................
Vouwbladzijde (2-15) openklappen!
Afbeelding A
Parkeerverwarmingskabelbundel (1) ......................
1
Afbeelding B
Voorruit daar reinigen waar geplakt wordt. Bij het opplakken van de antenne moet de voorruit een
temperatuur van minstens 20°C hebben.
De antenne mag niet in het kijkveld van de bestuurder worden gemonteerd.
Om storingen van de ITS-hoofdairbag te vermijden moet de antenneleiding met bundelbanden op
de in de fabriek gemonteerde leidingen worden bevestigd.
Antenne (2) ...........................................................
2
Afbeelding C
Afbeelding (3) .......................................................
3
Afbeelding D
De voorselectieklok (4) behoort niet tot de montageset. Deze klok moet op wens van de klant afzonderlijk
worden besteld.
Voorselectieklok (4) ...............................................
4
Afbeelding E
Brandstofaftap (5)..................................................
5
Slanklem (6)
6
2-10/NL
zie hoofdstuk 3. 1
monteren/aansluiten, zie hoofdstuk 3.3.
Aansluitingsoverzicht:
- Parkeerverwarmingskabelbundel (1)
zie hoofdstuk 3.2.
met een afstand a = max. 25 mm vanaf het voorruit-
frame tegen de voorruit aan plakken. De antenne-
leiding onder de dakhemel naar de A-stijl en verder
langs de A-stijl naar de rechter voetruimte monteren,
zie hoofdstuk 3.4.
op de afdekking onder het dashboardkastje beves-
tigen, aansluitkabel van de antenne (2) en aftakking
A14 van de parkeerverwarmingskabelbundel op de
ontvanger (3) aansluiten, zie hoofdstuk 3.4.
op afdekking (54) bevestigen en op de parkeerver-
warmingskabelbundel aansluiten, zie hoofdstuk 3.5.
inbouwen, met slangklem (6) aansluiten en langs
de uitsparing van de brandstoftank naar beneden
monteren, zie hoofdstuk 3.6.