5: U1-fase (constante-spanningsfase – Absorption)
De U1-fase begint wanneer de accu volledig is opgeladen. De laadstroom wordt verlaagd. Tijdens de U1-fase wordt
de accuspanning constant op een hoog niveau gehouden. De duur van de U1-fase is afhankelijk van het accutype en
de mate van ontlading.
6: Desulfateringsfase (Desulfation)
Er wordt een constante stroom geleverd, waardoor de accuspanning kan stijgen tot de maximale waarde. De desul-
fateringsfase wordt niet gebruikt voor LFP-accu's.
7: U2-fase (druppelladen – Float)
De U2-fase dient voor het behoud van de accucapaciteit (100 %). De U2-fase loopt met een lagere laadspanning en
variabele stroom. Als er gelijkstroomverbruikers zijn aangesloten, worden deze door het toestel van stroom voor-
zien. Alleen als het benodigde vermogen hoger is dan de capaciteit van het toestel, wordt dit aanvullende vermo-
gen door de accu geleverd. De accu wordt dan ontladen totdat het toestel weer in de I-fase komt en de accu op-
laadt. De U2-fase is beperkt tot tussen 24 en 48 uur, afhankelijk van het accutype.
8 Installatie
Voor de installatie
Neem de volgende instructies in acht bij de keuze van de montageplaats:
• Zorg ervoor dat het montageoppervlak vlak en stevig is.
• Kies een goed geventileerde montageplaats om oververhitting te voorkomen.
• Houd een afstand van 10 cm tot de ventilatieopeningen van de koelventilator aan.
Kies een geschikte montageplaats om de stroomkabels op de accu aan te sluiten.
De oplader monteren
LET OP! Gevaar voor schade
Controleer voor het boren of er geen elektrische kabels of andere delen van het voertuig door boren, za-
gen en vijlen beschadigd kunnen raken.
1.
Zorg ervoor dat de motor van het voertuig en de acculaders zijn uitgeschakeld.
2. Zet de schakelaar in de stand
3. Schroef de oplader op het montageoppervlak.
afb.
op pagina 4
De kabeldoorsnede bepalen
De kabeldoorsnede van de voedingskabels is afhankelijk van het model en de kabellengte.
OFF
.
MT LB NL
129