EN
DE
FR
PL
CZ
RU
NL
SV
NO
FI
De isolatieweerstand moet gemeten worden met behulp van een 2500 Vdc isolatieweerstandmeter. De afgelezen waarde
moet meer dan 100 MΩ zijn.
Noteer alle gemeten waarden op het meegeleverde Installatie-testverslag.
Installatie van de verwarmingskabel
De aansluiting van de kabel moet voor en tijdens de installatie droog worden gehouden. Alle aansluitingen en
elektrische testen moeten uitgevoerd worden door een bevoegd elektricien.
•
De verwarmingskabel moet worden gescheiden van andere warmtebronnen zoals lampen en schoorstenen.
•
De minimale buigstraal van de verwarmingskabel tijdens het leggen mag niet kleiner zijn dan ongeveer zes keer
de kabeldiameter.
•
Laat het beton/asfalt voldoende drogen of uitharden nadat het verwarmingssysteem is geïnstalleerd en voordat
het onder spanning wordt gezet.
•
Wijzig in geen geval de lengte van de verwarmingskabel
•
Voorzie de kabel nooit van stroom in de vorm van een rol of kabel.
•
Gebruik niet te veel kracht om aan de koude kabels te trekken, anders kan dit de warm-koudsplitsing beschadigen.
Zorg ervoor dat u de verwarmingskabel:
•
Niet snijdt of beschadigt
•
Niet installeert over uitzettingsvoegen of afzonderlijke betonvoegen.
De minimale kabelafstand is 10 cm.
De verwarmingskabel moet vastgelegd worden aan het onderliggende oppervlak zodat ze bij installatie niet
meer bewegen.
De aansluitkabel moet in een elektriciteitsbuis worden geplaatst. De volledige lengte van de verwarmingskabel
(inclusief overgang van verwarmingskabel naar voedingska- bel) moet bedekt worden door beton, een nat zand/
cement-mengsel, droog zand of asfalt, afhankelijk van de gekozen bovenlaag.
Opritverwarming in beton/cement/asfalt
afwerkingslaag
|
86
nVent.com/RAYCHEM
Aansluitkabel
Geleider
100 mm voor
300 W/m²
WinterGard kabel
Beton
Ongeveer 50 mm dikte
van beton / compacte
onderlaag
Isolatieweerstandtester
Temperatuur-
envochtsensor
50 mm
Grond