•
Totaal door de machine afgelegd aantal kilometers
(10, Afb. H) samen met het betreffende symbool (9).
LET OP!
Als het symbool dat wordt weergegeven
niet overeenkomt met het vooraf
ingestelde symbool
sleutel wél
onderhoudsinterval is verstreken. Ga
verder zoals besproken in het betreffende
hoofdstuk.
LET OP!
Als het weergegeven pictogram niet is
zoals ingesteld
een waarschuwing is,
dat er in het geheugen van de B_BOX
alarmmeldingen zijn opgeslagen.
Raadpleeg de B_BOX (zoals in het
betreffende deel wordt aangegeven) en
geef aan een servicecentrum van Nilfi sk
de alarmcodes in het geheugen door
zodat de alarmmeldingen kunnen worden
gereset.
3.
Weergave werkconfi guratie
Als de machine, met de dieselmotor ingeschakeld, in de
werkconfi guratie wordt gezet en de borstels dus gaan
draaien (zie de procedure in de betreffende paragraaf),
wordt op het display (17, Afb. D) de werkconfi guratie (28,
Afb. H) weergegeven met de volgende parameters. Alleen
de parameters voor de verplaatsingsconfi guratie worden
beschreven.
•
Toerental motor
: getal van 4 cijfers (23, Afb. H) samen
met het bijschrift
ENG
rpm
•
Gebruikstoestand van de machine
indicator (24, Afb. H):
–
werktoestand
•
Draaiuren van de motor
betreffende symbool (27).
LET OP!
Als het symbool dat wordt weergegeven
niet overeenkomt met het vooraf
ingestelde symbool
sleutel wél
onderhoudsinterval is verstreken. Ga
verder zoals besproken in het betreffende
hoofdstuk.
LET OP!
Als het weergegeven pictogram niet is
zoals ingesteld
een waarschuwing is,
dat er in het geheugen van de B_BOX
alarmmeldingen zijn opgeslagen.
Raadpleeg de B_BOX (zoals in het
betreffende deel wordt aangegeven) en
geef aan een servicecentrum van Nilfi sk
de alarmcodes in het geheugen door
zodat de alarmmeldingen kunnen worden
gereset.
4.
Weergave alarmmeldingen
Als er een storing optreedt in de machine bij draaiende
motor, dan verschijnen er op het display (17, Afb. D)
alarmmeldingen.
Deze alarmmeldingen worden in de afbeelding
weergegeven (11, Afb. I). Raadpleeg voor een volledig
overzicht van de alarmmeldingen het hoofdstuk
Beschrijving van de alarmmeldingen.
maar de
, dan betekent dit dat het
of het pictogram voor
betekent dit
(25).
middels de
(26, Afb. H) samen met het
maar de
, dan betekent dit dat het
of het pictogram voor
betekent dit
GEBRUIKSAANWIJZING
5.
Weergave geheugen van de machine
WAARSCHUWING!
Voer dit afl ezen en/of controle uit bij
stilstaande machine, zodat men bij het rijden
niet wordt afgeleid.
Met ingeschakeld paneel en stilstaande machine kunnen
de gegevens over de status van de machine als volgt
worden opgevraagd:
•
Raadpleging van de
op het display (17, Afb. D) het 'MAIN MENU' weer te
geven. Hiertoe dient u de drukknop (15, Afb. D) aan de
bovenzijde ingedrukt te houden totdat bovengenoemd
display wordt weergegeven. U bevestigt de keuze
door de drukknop (15, Afb. D) aan de onderzijde in
te drukken. De pijlcursor (1, Afb. J) komt naast het
woord 'STATUS' te staan. Door de drukknop (15, Afb.
D) nogmaals aan de onderzijde in te drukken gaat de
pijlcursor naast het woord 'MAINTENANCE' staan. U
bevestigt de keuze door de drukknop (15, Afb. D) aan
de bovenzijde in te drukken. Op het display (17, Afb.
D) wordt de pagina 'MAINT.01' weergegeven, waar
het aantal uren (2, Afb. J) het aantal uren aangeeft
waarin het MA_0 plaatsvindt (om de 150 uur), terwijl
het aantal uren (3) het aantal uren aangeeft waarin het
MA_1 plaatsvindt (om de 500 uur). Door opnieuw de
drukknop (15, Afb. D) aan de bovenzijde in te drukken,
verschijnt op het display (17) de pagina 'MAINT.02'.
Het aantal uren (4, Afb. J) geeft de levensduur van
de dieselmotor aan in uren, het aantal uren (5) geeft
het aantal draaiuren van de machine aan, het aantal
km's (6) geeft het totaal afgelegde aantal km's van de
machine aan, terwijl het aantal gebeurtenissen (7) het
aantal alarmmeldingen weergeeft sinds de laatste reset
van het systeem.
•
Raadpleging van de
door op het display (17, Afb. D) het 'MAIN MENU'
weer te geven. Hiertoe dient u de drukknop (15,
Afb. D) aan de bovenzijde ingedrukt te houden
totdat bovengenoemd display wordt weergegeven.
U bevestigt de keuze door de drukknop (15, Afb. D)
aan de onderzijde in te drukken. De pijlcursor (6,
Afb. J) komt naast het woord 'STATUS' te staan.
Door de drukknop (15, Afb. D) nogmaals aan de
onderzijde in te drukken gaat de pijlcursor naast het
woord 'DIAGNOSTIC' staan. U bevestigt de keuze
door de drukknop (15, Afb. D) aan de bovenzijde
in te drukken. Op het display (17, Afb. D) wordt de
pagina 'ALARM_L.01' weergegeven. Door opnieuw de
drukknop (15, Afb. D) aan de bovenzijde in te drukken,
wordt de pagina 'MAINT.02' weergegeven. Op deze
twee pagina's worden de alarmmeldingen omschreven
in de paragraaf Beschrijving van de alarmmeldingen.
Het aantal gebeurtenissen (1, 2, 3 en 5, Afb. K) geeft
het aantal malen aan dat de betreffende alarmmelding
tijdens de levensduur van de machine is opgetreden.
Het alarm (4, Afb. K) geeft aan hoe lang het probleem
met het verstopte luchtfi lter zich voordoet. Als één
van deze aantallen verschillend is van nul, dan is het
mogelijk om te controleren wanneer deze storing is
opgetreden. Druk de drukknop (15, Afb. D) aan de
onderzijde in totdat de pijlcursor (6, Afb. K) naast
het verdachte gegeven komt te staan. Door opnieuw
de drukknop (15, Afb. D) aan de bovenzijde in te
drukken, wordt de pagina geopend behorende bij
de alarmmelding. In Afb. L wordt als voorbeeld de
alarmmelding 'oververhitting motorkoelvloeistof'
weergegeven die als eerste is opgetreden na 500
uur van de machinelevensduur en de tweede keer na
5.550 uur.
RS 851
33018305(3)2010-01 A
NEDERLANDS
onderhoudsintervallen, door
LIJST MET ALARMMELDINGEN,
9