De Opname "Record Mode" Toets; Een Overzicht Van De Surroundformaten; Dolby Surround; Dolby Pro-Logic Ii - Rotel RSDX-02e Manuel De L'utilisateur

RSDX-02e DVD-speler • Surround Tuner/Versterker
Om de TV direct modus op te heffen
en terug te keren naar weergave via
de RSDX-02e, drukt u nogmaals op "TV
DIRECT".
Om de TV direct modus op te heffen
en de RSDX-02e uit te zetten, drukt u
op de toets "POWER" of "STANDBY".
: De TV DIRECT functie kan
EXTRA INFORMATIE
gecombineerd worden met de "AUTO
POWER" functie, zodat u alleen maar met
het aanzetten van een videocomponent de
weergave begint. Zie hiervoor ook het
hoofdstuk "De uitgebreide procedure".
De opname "RECORD MODE"
toets
Ieder analoog aangeboden signaal staat voor
opname ter beschikking aan de uitgangen
"CDR/TAPE" en "VCR". Dit zijn echter twee-
kanalen uitgangen en bij meerkanalenbronnen
zou u dus het een en ander missen. De
RSDX-02e nu, biedt u voor opnamedoeleinden
de mogelijkheid het meerkanalengegeven naar
tweekanalen toe te mixen: alle kanalen van
een surroundsignaal worden tot een mooi
stereobeeld z.g. "gedownmixed".
Om deze opnamemodus te activeren drukt u
langdurig op de toets "REC MODE" (alleen
op de voorkant) om te kiezen tussen "RECORD
MODE ON" of "RECORD MODE OFF" (de
normale stand), die getoond worden in het
infoschermpje.
Met deze opnamefunctie geactiveerd spelen
alleen maar de twee voorluidsprekers (hoort
u gelijk wat u opneemt) en staan geen van de
"surroundsound" instellingen ter beschikking.
Er wordt wel voorkomen dat de volume-
aanduiding die normaal op uw tv-scherm
verschijnt, wordt opgenomen door uw
videorecorder.
: Deze handmatige keuze
EXTRA INFORMATIE
wordt automatisch weer naar "RECORD
MODE OFF" teruggezet, wanneer het
apparaat wordt uitgedaan of wanneer een
andere ingang wordt gekozen.
Een overzicht van de
Surroundformaten
Om uw RSDX-02E optimaal te laten
functioneren, helpt het om te weten welke
surroundformaten er bestaan, hoe deze
werken, welk surroundformaat bij welke
opname gebruikt moet worden en hoe dan
dat formaat te selecteren. Dit hoofdstuk voorziet
u van informatie over die formaten en hun
achtergrond. Het volgende hoofdstuk vertelt
u uitgebreid hoe u met de RSDX-02E moet
omgaan in het gebruik en al dan niet
automatisch inschakelen van die formaten.

Dolby Surround

Dolby Pro-Logic II

Het meest verbreide surround-sound formaat
voor thuisgebruik is Dolby Surround. Het wordt
gebruikt bij vrijwel alle commerciële films op
VHS cassettes, vrijwel alle films die op tv worden
uitgezonden en op de meeste dvd-schijfjes.
Dolby Surround is de thuisversie van het
oorspronkelijk voor bioscoop bedoelde
analoge Dolby Stereo systeem geïntroduceerd
in 1972. Het is een z.g. matrix-gecodeerd
systeem, waarin de drie voorkanalen en een
mono surround kanaal worden ondergebracht
in een analoge twee-kanaals registratie.
Gedurende de weergave worden middels een
Dolby Pro-Logic (II) decoder de vier kanalen
weer uitelkaar gehaald en gevoed aan de juiste
luidsprekers.
Dolby Pro-Logic II decodering moet eigenlijk
worden toegepast op alle analoge soundtracks
of opnames in "Dolby Surround" en op die,
die gemaakt zijn in Dolby Digital 2.0. Een
speciale "muziekstand" maakt Pro Logic II een
uitstekende keuze voor de weergave van
gewone audio cd's.
Dolby Pro Logic Cinema en alle andere
muziekmodi kunnen worden ingezet
bij de weergave van ALLE twee-
kanalen opnames, zowel digitaal als
analoog.

Dolby Digital

Dolby Digital is het standaard geluidsformaat
van het medium DVD en digitale tv-uitzendingen
in de Verenigde Staten.
54
Een Dolby Digital 2.0 opname kan een stereo-
opname zijn van een matrix surround
soundtrack. Om een dergelijke soundtrack te
decoderen gebruikt u Dolby Pro-Logic II zoals
hierboven omschreven.
Van de Dolby Digital systemen is Dolby Digital
5.1 zowel in de filmindustrie als in het
thuistheatercircuit het meest verbreid. I.p.v.
meerdere kanalen in een twee kanalen stereo-
opname te coderen, worden bij Dolby Digital
vijf losse geluidssporen in een digitale
datastroom gecodeerd: links, midden, rechts,
twee surroundsporen en een speciaal effects-
poor voor de ultra lage tonen, die door een
subwoofer weergegeven moeten worden (LFE).
Het vertalen van een Dolby Digital 5.1
signaal gaat automatisch.
: Veel dvd-schijfjes hebben
EXTRA INFORMATIE
o.a. een Dolby Digital 2.0 geluidsspoor, vaak
heeft dit 2.0 spoor ook nog prioriteit. U moet
dan ook, wanneer u een dvd-schijfje in de
speler doet, kijken of de Dolby Digital 5.1
processor van uw RSDX-02E geactiveerd
wordt, zo niet dan moet u in het menu van
dat schijfje alsnog kiezen voor Dolby Digital
5.1 (of DTS, zie volgend hoofdstuk)
DTS 5.1
DTS (Digital Theater Systems) is een concurrerend
alternatief van Dolby Digital en dat geldt voor
zowel de theater- als voor de thuis-
bioscoopwereld. De basismogelijkheden en
functies van beide systemen is hoegenaamd
gelijk (b.v. de 5.1 onafhankelijke kanalen). De
compressietechniek en het (de)codeerproces
zijn echter zeer verschillend, voor DTS-weergave
heeft u dan ook een speciale processor nodig.
Ook, als bij Dolby Digital, kan DTS alleen
toegepast worden in een digitaal signaal en
is dan ook alleen maar beschikbaar op digitaal
materiaal zoals dvd-schijfjes, laserdiscs en
ander digitaal bronmateriaal.
Als bij Dolby Digital geschiedt de
decodering van DTS bij de RSDX-02E
automatisch.
: Dvd-schijfjes met een DTS
EXTRA INFORMATIE
geluidsspoor hebben
geconfigureerd als een optie naast het Dolby
Surroundformaat. Om DTS weergave te
verkrijgen moet u in het menu van het dvd-
schijfje expliciet kiezen voor de optie DTS
i.p.v. Dolby Surround of Dolby Digital 5.1.
dat meestal