Gebruiksaanwijzing
Aanwijzing
Geeft belangrijke informatie en
gebruikstips aan.
Positieaanduidingen
Bij het aangeven van posities op de
machine (links, rechts, enz.) gaan
wij altijd uit van werkrichting van de
machine (naar voren).
Afvoeren
Verpakkingsresten, oude
machines, enz. moeten volgens
de geldende voorschriften worden
afgevoerd.
Uitpakken en monteren
Let op
Beschadigde kabelstrengen leiden
tot een gebrekkige werking van de
machine. Let er bij het uitpakken
van de machine op dat deze delen
niet geknikt/bekneld raken.
Aan het einde van deze gebruiks-
aanwijzing of op een bijgevoegd
blad is de montage van de machine
beschreven in de vorm van
afbeeldingen.
Uw machine in een
oogopslag
Let op. Beschadiging van
de machine.
Hier worden eerst de functies
van de bedienings- en indicatie-
elementen beschreven. Voer nog
geen functies uit!
Afbeelding 1
1 Koppelingshendel voor
veegborstelaandrijving
2 Koppelingshendel voor
wielaandrijving
3 Stootbescherming
4 Opnamepen/toebehorendrager *
5 Veegborstel
6 In hoogte verstelbare
steunwielen
7 Motor
8 Schakelhendel
9 Zwenkstang
10 Stuurstang
11 Verzamelbak *
12 Sneeuwruimschild *
13 Veegschort *
14 Trekstarter
15 Benzinetank
16 Olievulaansluitstuk
17 Uitlaat
18 Bougiestekker
19 Luchtfilter
20 Gashendel
(afhankelijk van motortype)
21 Chokehendel
(afhankelijk van motortype)
22 Benzinekraan
(afhankelijk van motortype)
*
Optioneel toebehoren
Voor het eerste gebruik
Let op!
Oliepeil beslist controleren en
indien nodig motorolie toevoegen
(zie „Motorhandleiding").
Controleer veiligheids-
voorzieningen, bedienings-
elementen en bijbehorende
koppelingskabels, andere kabels
en alle schroefverbindingen
op beschadigingen en of deze
stevig vastzitten.
Vervang beschadigde onder-
delen vóór de ingebruikneming.
Vanwege het transport kunnen
de banden een hogere druk
hebben. Bandendruk controleren
en indien nodig aanpassen.
Geadviseerde bandendruk:
1,0 bar.
Koppeling voor veegwals- en
wielaandrijving controleren
(zie „Onderhoud").
Instelwerkzaamheden
voor elk gebruik
Verwondingsgevaar
!
Altijd voor werkzaamheden
aan deze machine
– de motor uitschakelen,
– de vastzetrem activeren,
– wacht tot alle bewegende
delen volledig tot stilstand zijn
gekomen en de motor is
afgekoeld.
– trek de bougiestekker van de
motor los op onbedoeld starten
van de motor te voorkomen,
Tanken en oliepeil
controleren
Explosie- en brandgevaar
!
Tank alleen buiten en bij een
uitgezette en koude motor.
Rook niet tijdens het tanken.
Tank nooit vol. Als brandstof
overloopt, dient u de overgelopen
brandstof volledig te laten
vervluchtigen voordat u start.
Bewaar brandstof uitsluitend in
geschikte, voor brandstof bedoelde
tanks.
Geen brandstof met specificatie
E85 gebruiken.
Neem ook de aanwijzingen in de
handleiding van de motor in acht.
Oliepeil controleren en indien
nodig olie toevoegen (zie
„Motorhandleiding").
Brandstof tanken (soort volgens
gegevens in de motorhand-
leiding), tankdeksel sluiten en
brandstofresten wegvegen.
Bandendruk instellen
Let op
Explosiegevaar!
Maximale bandendruk van 1,4 bar/
20 PSI nooit overschrijden.
Geadviseerde bandendruk:
1,0 bar.
Veegborstel instellen
Hoogte-instelling
Afbeelding 2
De hoogte-instelling van de
veegborstels vindt plaats door
de verstelling van de steunwielen.
Zodra de borstels een beetje
versleten zijn of als het oppervlak
niet meer schoon geveegd wordt,
moet de afstand van de borstels
tot de grond opnieuw worden
ingesteld.
Aanwijzing
Altijd alleen trapsgewijs lager
instellen, dat wil zeggen altijd
slechts een half afsteekgat in
het kijkvenster.
Nederlands
39