Het dockingstation mag maximaal 2 cm
naar achteren en 8 cm naar voren
gekanteld zijn. Buig de bodemplaat nooit
door. Egaliseer eventuele oneffenheden
onder de bodemplaat, opdat deze over het
gehele vlak goed ligt.
Installatievarianten:
Het dockingstation kan intern en extern
worden geïnstalleerd.
Intern dockingstation:
0478 131 9935 C - NL
Het dockingstation (1) wordt binnen het
maaivlak (A), direct aan de rand
geïnstalleerd.
Vóór het dockingstation (1) moet er een
effen vrij vlak (2) met een straal van
minstens 1 m zijn. Egaliseer eventuele
heuvels of kuilen.
Extern dockingstation:
Het dockingstation (1) wordt buiten het
maaivlak (A) geïnstalleerd.
In combinatie met een extern
dockingstation moeten voor een
verplaatste rit naar het begin
zoeklussen worden geïnstalleerd.
(
12.11)
Benodigde ruimte extern
dockingstation:
Om ervoor te zorgen dat het in- en
uitdocken goed functioneert, moet het
dockingstation (1) zoals afgebeeld met
een doorgang (2) worden geïnstalleerd.
Het gebied rondom het dockingstation en
buiten de begrenzingsdraad moet vlak en
vrij begaanbaar zijn. Egaliseer eventuele
heuvels of kuilen.
Minimale afstand: A = 50 cm
Breedte van het vrije vlak: B = 40 cm
Maximale afstand tot het maaivlak:
C = 12 m
275