– In geval van defecten en/of storingen in de werking van het toestel moet u het toestel uitschakelen en u onthouden
van elke poging om het toestel zelf te repareren of er zelf aan te sleutelen. Voor alle reparatiewerkzaamheden mag u
zich uitsluitend tot de Erkende Technische Servicedienst in uw regio wenden.
– De installatie van de ketel en alle andere service- en onderhoudswerkzaamheden moeten door vakmensen uitgevoerd
worden. Het is absoluut verboden de onderdelen die door de constructeur verzegeld zijn eigenmachtig te veranderen
(pr EN 89).
– Het is streng verboden om de luchtinlaatroosters en de ventilatieopeningen in het vertrek waar het toestel is geïnstal-
leerd af te dekken.
INBEDRIJFSTELLING EN WERKING
DE KETEL IN BEDRIJF STELLEN
Draai de kraan op de gastoevoerleiding
open en om de "RMG" ketel in bedrijf
te stellen moet u op de knop van de
hoofdschakelaar drukken zodat de
ketel vanzelf in werking treedt (fig. 12).
REGELING VAN DE TEMPERATUREN
De verwarmingstemperatuur kan
geregeld worden door aan de knop van
de potentiometer van de verwarming
te draaien die een regelbereik heeft
van 40° tot 85°C. De temperatuur die
u ingesteld heeft kan aan de hand van
de thermometer gecontroleerd wor-
den. Om een optimaal rendement van
de generator te garanderen adviseren
wij u om de bedrijfstemperatuur nooit
onder een minimum temperatuur van
60°C in te stellen; op die manier is het
mogelijk om de vorming van conden-
saat die na verloop van tijd schadelijke
gevolgen voor het gietijzeren lichaam
kan hebben te vermijden (fig. 13).
VEILIGHEIDSAQUASTAAT
Zodra de temperatuur boven de 95°C
stijgt schakelt de veiligheidsaquastaat,
die een handmatige resetfunctie heeft,
in waardoor de hoofdbrander onmid-
68
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIKERS
BELANGRIJKE AANWIJZINGEN
dellijk gedoofd wordt. Om de ketel weer
in werking te stellen moet u het zwarte
kapje eraf schroeven en moet u op het
knopje dat zich daaronder bevindt
drukken (fig. 14).
Als dit vaak gebeurt moet u een
erkende vakman inschakelen om dit
na te laten kijken.
6
°C
40
80
20
100
0
120
6
°C
40
80
20
100
0
120
Fig. 12
Fig. 13