Aanhaalkoppel kleppendeksel
Kleppendeksel
Ø6,4 mm (1/4")
Ø15,9 mm (5/8")
Aanhaalkoppel deksel servicepoort
10,8~14,7 N•m
Montage van de koelleiding
Richtlijnen voor het werken met leidingen
Bescherm het open uiteinde van de leiding tegen stof en vocht.
Alle leidingbochten moeten zo geleidelijk mogelijk verlopen.
Gebruik een pijpenbuigmachine om de leidingen te buigen.
De buigingsstraal moet minimaal 30-40 mm bedragen.
Keuze van koper en warmte-isolerende materialen
Let op de volgende punten wanneer u in de handel verkrijgbare
koperen leidingen en aansluitingen gebruikt:
Isolatiemateriaal: polyethyleenschuim
Warmtedoorgangssnelheid: 0,041 tot 0,052 W/mK (0,035 tot
0,045 kcal/mh°C)
De oppervlaktetemperatuur van de koelgasleiding bereikt een
waarde van max. 110°C.
Kies warmte-isolerende materialen die bestand zijn tegen deze
temperatuur.
Isoleer zowel de gas- als de vloeistofleiding en gebruik de
onderstaande isolatie-afmetingen.
Leidingmaat
Buiten-
diameter
Dikte
6,4 mm (1/4")
0,8 mm
15,9 mm (5/8")
1,0 mm
2
1
6
5
Gebruik afzonderlijke thermische isolatieleidingen voor de gas-
en de vloeistofleidingen.
Montagehandleiding
5
Gasleiding
21,6~27,4 N•m
44,1~53,9 N•m
Leidingisolatie
Binnen-
diameter
Dikte
≥10 mm
8-10 mm
≥13 mm
16-20 mm
1
Gasleiding
2
Bedrading tussen units
3
Vloeistofleiding
3
4
Isolatiemateriaal
4
voor vloeistofleiding
5
Afwerkingstape
6
Isolatiemateriaal
voor gasleiding
Ontluchten en controleren op gaslekken
Wanneer de leidingen zijn aangelegd en de buitenunit op de binnen-
unit is aangesloten, moet u ontluchten en controleren op gaslekken.
WAARSCHUWING
Breng geen andere stoffen dan het opgegeven
koelmiddel (R410A) in de koelcyclus.
In geval van koelgaslekken moet u de kamer zo snel
en zo goed mogelijk verluchten.
R410A en andere koelmiddelen moeten altijd worden
opgevangen en mogen nooit rechtstreeks in het
milieu terechtkomen.
VOORZICHTIG
Gebruik een vacuümpomp alleen voor R410A. Wanneer u
deze vacuümpomp ook voor andere koelmiddelen
gebruikt, kan de pomp of de unit schade oplopen.
Als u extra koelmiddel gebruikt, moet u met een vacuümpomp
ontluchten aan de koelleidingen en de binnenunit, en dan extra
koelmiddel bijvullen.
Draai de afsluiterstang met een zeskantsleutel (4 mm).
Alle aansluitingen van koelleidingen moeten met een moment-
sleutel worden vastgedraaid met het opgegeven aanhaalkoppel.
Zie "Koelleiding aansluiten op de buitenunit" op pagina 4 voor
meer informatie.
1
4
8
2
3
5
6
7 8 9
1
Sluit de uitstekende kant (waarop de pen is ingedrukt) van de
vulslang van het meterverdeelstuk aan op de servicepoort van
de gasafsluiter.
2
Draai de lagedrukklep (Lo) van het meterverdeelstuk volledig
open en sluit de hogedrukklep (Hi) volledig.
Verder moet u niets meer doen met de hogedrukklep.
3
Pomp het systeem vacuüm. Controleer of de manometer
–0,1 MPa (–760 mm Hg) aangeeft.
Bedrijfsduur
4
Draai de lagedrukklep (Lo) van het meterverdeelstuk dicht en
stop de vacuümpomp.
Wacht 4-5 minuten en controleer of de meternaald niet daalt.
LET OP
Als de meternaald daalt, wijst dit op de aanwezig-
heid van vocht of lekkage van aangesloten delen.
Controleer alle aangesloten delen en draai de
moeren een beetje los en dan weer vast, en
herhaal dan stap 2 tot en met 4.
5
Verwijder het deksel van de vloeistofafsluiter en de gasafsluiter.
1
Manometer
2
Meterverdeelstuk
3
Lagedrukklep (Lo)
4
Hogedrukklep (Hi)
5
Vulslangen
10
6
Vacuümpomp
7
Servicepoort
8
Kleppendeksels
9
Gasafsluiter
10
Vloeistofafsluiter
Leidinglengte
≤15 m
>15 m
≥10 minuten
≥15 minuten
RRHQ006~008ADV3(8)
Buitenunit voor lucht-water-warmtepomp
4PW52843-1