4
Monteren
Transportinstructie
Het reservoir moet aan de draagkommen worden gedra-
gen. Het reservoir mag niet aan de grepen op het deksel
of de pompen worden gedragen!
4.1
Algemene montage-informatie
De installatie moet met een aardlekschakelaar elektrisch worden beveiligd.
De besturingskast van die installatie moet zodanig zijn gepositioneerd, dat gebruik door onbevoegden onmogelijk is.
Als de installatie per ongeluk wordt uitgeschakeld, kan dat tot schade in het gebouw leiden.
Montagevolgorde
De installatie wordt, overeenkomstig de op een bouwplaats gebruikelijke bouwfasen, op verschillende tijdstippen gemon-
teerd en in bedrijf genomen.
Inbouw van het reservoir met het aansluiten van de afvalwatertoevoer, be- en ontluchtingsleiding en de persleiding waar-
door het afvalwater wordt weggepompt . zie "Het reservoir bevestigen", pagina 106
Montage van de besturingskast en het aansluiten van elektrische onderdelen (zie "Besturingskast monteren",
pagina 110).
Eerste inbedrijfstelling (zie "Inbedrijfstelling", pagina 111)
4.2
De installatie plaatsen
Zorg voor voldoende ruimte voor onderhoudswerkzaamheden conform de richtlijnen en normen (DIN EN 12056-4 en
DIN EN 12050-1). Wij adviseren minimaal 60 cm vrije ruimte rondom de installatie.
De vloer waarop de installatie moet worden geplaatst, moet vlak en voldoende draagkrachtig zijn. Houd rekening met het
gewicht in gevulde toestand: het reservoirvolume in kg plus 70 tot 250 kg, afhankelijk van de variant.
De ondergrond moet geschikt zijn voor vloerbevestigingen die moeten voorkomen dat de installatie mogelijk in de pomp-
put gaat drijven (0,9 kN per schroef).
Aansluitleidingen (toevoer, uitloop en be- en ontluchting) moeten zelfdragend worden bevestigd: ze mogen de installatie
niet belasten.
4.3
Het reservoir bevestigen
Plaats het reservoir op de juiste plek en schroef de beide
bevestigingspunten (1) vast aan de vloer. Bouten maxi-
maal M8.
Het bevestigingsmateriaal moet zo worden gekozen, dat
een trekbelasting van minstens 200 N per bevestigings-
punt mogelijk is.
Gebruik een KESSEL geluiddempende onderlegger
(verkrijgbaar als toebehoor) om de geluidsoverdracht te
beperken.
Art.nr. 28692 Dempingsmat voor mono
Art.nr. 28098 Dempingsmat voor duo
106 / 148
Inbouw- en bedieningshandleiding
016-880