Montage- en gebruiksaanwijzing
● Nadroogprogramma
Na de combimodus wordt het nadroogprogramma automatisch gestart om de
vorming van schimmel en rot in de saunacabine te vermijden. Hierbij wordt
de saunacabine bij ingeschakelde ventilator tot 80 °C opgewarmd.
Voor de duur kan een waarde tussen OFF - 60 minuten worden geselecteerd.
3.4. Saunabedrijfsmodi
De saunabesturing PRO B2 ondersteunt alleen de saunamodus. Met de sau-
nabediening Pro C3 zijn twee bedrijfsmodi mogelijk: sauna- en combi-modus.
Saunamodus
In de saunamodus is droge warmte beschikbaar. De temperatuur in de cabine is
hoog (80 tot 100 °C). De vochtigheidswaarden bedragen maximaal slechts 10%.
Combibedrijf
In de combimodus is naast de saunakachel ook de verdamper actief. De tem-
peratuur in de saunacabine is lager (ca. 40 tot 65 °C) dan in de saunamodus,
maar de relatieve luchtvochtigheid is met 35% tot ongeveer 70% wel aanzienlijk
hoger. Hierbij is de maximaal instelbare gewenste vochtigheid afhankelijk van
de saunatemperatuur. Hoe hoger de saunatemperatuur, hoe lager de maximaal
instelbare vochtigheidswaarde (zie karakteristiek op pagina 12)
3.5. Voelerbedrijfsmodi
De saunabediening kan met een of twee voelers worden gebruikt. Als tweede
voeler kan een temperatuurvoeler (bankvoeler, F2) of een vochtigheidstempe-
ratuurvoeler (FTS2) worden gebruikt.
Eenvoelermodus (F1)
De eenvoelermodus moet in het technicusmenu worden geactiveerd (zie 8.2.
Instellingen in het technicusmenu op pagina 26).
In de eenvoelermodus wordt de saunabesturing enkel gebruikt met de kachel-
voeler met oververhittingsbeveiliging (F1). Deze wordt meegeleverd.
In de modus met een voeler geeft de saunabediening standaard alleen de
ingestelde temperatuur weer. De werkelijke temperatuur wordt niet weergege-
ven. Als de saunabediening in modus met een voeler de temperatuur boven de
kachel (F1-voeler) als werkelijke temperatuur moet weergeven, moet deze bij
inbedrijfstelling worden geactiveerd (zie 8.2. Instellingen in het technicusmenu
op pagina 26).
Pag. 11/48
NL