Éclairage Interventionnel
Surgical Light System
Operatielamp
7 - RÉGLAGES
Les seuls réglages nécessaires concernent
le bras d'équilibrage (A).
Aucun réglage n'est nécessaire sur le bras
principal (B) ou sur le projecteur (C).
Réglage de l'équilibrage :
Pour régler l'équilibrage, retirer la vis (1)
au niveau du manchon de blocage (2) et
reculer le manchon.
Bras d'équilibrage trop dur :
Déplacer le bras jusqu'à ce que l'écrou
de réglage (3) devienne visible dans
l'encoche (4).
Tourner l'écrou de réglage au moyen d'une
tige (5) dans le sens anti-horaire, jusqu'à
ce que le bras d'équilibrage soit équilibré et
que le poids soit porté correctement dans
toutes les positions.
Bras d'équilibrage trop souple :
Déplacer le bras jusqu'à ce que l'écrou
de réglage (3) devienne visible dans
l'encoche (4).
Tourner l'écrou de réglage au moyen d'une
tige (5) dans le sens horaire, jusqu'à ce que
le bras d'équilibrage soit équilibré et que le
poids soit porté correctement dans toutes
les positions.
Manuel d'utilisation / User's manual / Handleiding
7 - ADJUSTMENTS
The only adjustments to perform are to be
done on the spring arm (A).
No adjustment is necessary on main arm
(B) nor on lighthead (C).
Adjustment of weight balance:
For the adjustment of the balance weight
remove screw (1) at the locking sleeve (2)
and move the sleeve back.
Spring arm too strong:
Move arm until adjustment nut (3) becomes
visible in slot (4).
Turn adjustment nut with rod (5) counter
clock-wise, until spring arm is balanced
and weight is carried properly in every
position.
Spring arm too weak:
Move arm until adjustment nut (3) becomes
visible in slot (4).
Turn adjustment nut with rod (5) clock-wise,
until spring arm is balanced and weight is
carried properly in every position.
0125104
7 - INSTELLINGEN
De enige instellingen betreffen de balan-
sarm (A).
De hoofdarm (B) of koepel (C) vereisen
geen enkele instelling.
Instelling van de balans :
De balans kan worden ingesteld door
schroef (1) ter hoogte van klembus (2)
te verwijderen en de bus naar achter te
bewegen.
Te stroeve balansarm :
De arm verplaatsen tot stelmoer (3) in
inkeping (4) zichtbaar wordt.
De stelmoer met een stift (5) tegen de klok
in (linksom) draaien tot de balansarm in
evenwicht is en het gewicht in alle posities
goed gedragen wordt.
Te soepele balansarm :
De arm verplaatsen tot stelmoer (3) in
inkeping (4) zichtbaar wordt.
De stelmoer met een stift (5) met de klok
mee (rechtsom) draaien tot de balansarm in
evenwicht is en het gewicht in alle posities
goed gedragen wordt.
25