Een optimale benutting van de doorpompcapaciteit van de pomp
wordt bereikt door aansluiting van 25 mm (1")-slangen samen met het
GARDENA aansluitstuk art. 1724 en een slangklem. Als de slang-
verbinding vaak losgemaakt moet worden, wordt aangeraden de
GARDENA pompaansluitset art. 1752 te gebruiken in combinatie
met een 19 mm (3/4")-slang.
3. BEDIENING
Water pompen [ afb. O1 ]:
Opdat de pomp kan pompen, moet de inloopzeef van de pomp
min. 15 cm in het water ondergedompeld zijn.
a) Zonder de standvoet moet de pomp min. 50 cm boven de grond
bevestigd worden.
b) Wanneer de standvoet aangebracht is (gebruik in regen putten),
mag de pomp de grond worden opgesteld.
1. Pomp aan het bevestigingskoord
pelen.
Op de stroomkabel mag geen trek worden uitgeoefend.
2. Het bevestigingskoord
6
3. Bij diepe bronnen of schachten (vanaf ca. 5 m) de aansluitkabel
met klemmen
9
over het bevestigingskoord
4. Netstekker van de aansluitkabel
Attentie! De pomp start onmiddellijk.
Alleen bij art. 1499:
Ontluchting:
Vóór inbedrijfstelling resp. het inschakelen van de pomp het volgende
in acht nemen: Bij de eerste inbedrijfstelling heeft de pomp na het onder-
dompelen in het water ca. 60 seconden nodig voordat de pomp ont-
lucht is.
v De pomp pas 60 seconden na het onderdompelen in bedrijf nemen.
Na inbedrijfstelling geeft een waterstraal uit de ontluchtings boringen het
einde van de ontluchtingsprocedure aan.
Automatische werking:
De pomp pompt en schakelt automatisch uit, zodra er geen water meer
wordt aangezogen. De druk blijft vanwege de terugslagklep zo lang in de
slang behouden tot via de slang water getapt wordt. Wanneer via de slang
water wordt getapt (de druk in de slang daalt onder 3,5 bar) schakelt de
pomp automatisch in.
Droogloop-beveiliging (doorvoercontrole):
De pomp schakelt bij wegblijven van de doorvoervloeistof automatisch
uit (de pomp draait in een cyclus van 30 sec. aan – 5 sec. uit (4 x).
Na 1 uur, na 5 uur, na 24 uur, na 24 uur ... wordt deze cyclus herhaald).
Zodra de inloopzeef van de pomp weer min. 15 cm in het water is
ondergedompeld, is de pomp weer bedrijfsklaar.
Doorvoercontrole:
De doorvoercontrole schakelt de pomp uit, zodra er geen water meer
wordt getapt. Bij lekkage aan de drukkant (bijv. bij een lekke drukslang of
waterkraan) schakelt de pomp met korte tussenpozen in en uit. Wanneer
de pomp vaker dan 7 x in 2 minuten (bij een lekkage < 200 l/h) in- en
uitschakelt, schakelt de pomp helemaal uit. Wanneer de lekkage aan de
drukkant is verholpen, moet de pompstekker uit- en weer ingestoken
worden om hem weer klaar voor gebruik te maken.
Terugslagklep:
Het geïntegreerde terugslagventiel verhindert het terugstromen van water
door de pomp.
4. OPBERGEN
Buitenbedrijfstelling:
Het product moet voor kinderen ontoegankelijk worden
bewaard.
v Bij vorstgevaar de pomp op een vorstvrije plaats opbergen.
Afvoeren:
(conform RL2012/19/EU)
Het product mag niet met het normale huishoudelijke afval
worden afgevoerd. Het moet volgens de geldende lokale
milieuvoorschriften worden afgevoerd.
1489-20.960.08.indd 13
6
in een bron of schacht onderdom-
moet vastgezet worden.
6
geleiden.
8
in een stopcontact steken.
BELANGRIJK!
v Voor het product via uw plaatselijke recyclinginstantie af.
5. ONDERHOUD
Aanzuiggedeelte reinigen [ afb. M1 ]:
GEVAAR! Elektrische schok!
Er bestaat gevaar voor letsel door elektrische stroom.
v Voor onderhoud aan de dieptebronpomp de stekker uit het
stopcontact trekken.
0
1. Beide bouten
losdraaien en de inloopzeef
2. Aanzuiggedeelte van de pomp en de inloopzeef
3. Inloopzeef
q
weer om het aanzuiggedeelte bevestigen en met de
beide bouten
0
vastdraaien.
6. STORINGEN VERHELPEN
GEVAAR! Elektrische schok!
Er bestaat gevaar voor letsel door elektrische stroom.
8
v Voor het verhelpen van storingen aan de dieptebronpomp
de stekker uit het stopcontact trekken.
Probleem
Pomp draait,
maar voert niet door
Pomp slaat niet aan of
blijft tijdens het gebruik
plotseling stilstaan
Pomp loopt, maar doorvoer
capaciteit gaat plotseling
achteruit
Alleen bij art. 1499:
Pomp schakelt onregel
matig in en uit
AANWIJZING: Wend u zich bij andere storingen tot uw GARDENA servicecenter.
Reparaties mogen alleen door de GARDENA servicecenters en door speciaal
zaken worden uitgevoerd, die door GARDENA zijn goedgekeurd.
7. TOEBEHOREN
GARDENA aansluitstuk
GARDENA pompaansluitset Wanneer de slangverbinding vaak wordt
Alleen bij art. 1489 / 1492:
GARDENA droogloop
beveiliging *
Alleen bij art. 1489 / 1492:
GARDENA elektronische
drukschakelaar *
* GARDENA droogloopbeveiliging / elektronische drukschakelaars mogen niet direct op de pomp
wordt vastgemaakt, daar deze niet in water mogen worden ondergedompeld.
q
verwijderen.
q
reinigen.
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Lucht kan niet ontwijken
v Drukslang openen
omdat drukslang gesloten is.
(bijv. geknikte drukslang).
Aanzuiggedeelte verstopt.
v Aanzuigbereik reinigen
(zie 5. ONDERHOUD).
Waterhoogte bij ingebruikname
v Pomp dieper onderdompelen
onderminimale waterstand.
(minimum waterpeil in acht
nemen: zie
8. TECHNISCHE GEGEVENS).
Terugslagventiel geblokkeerd.
v Art. 1499: Contact opnemen
met GARDENA Service.
Thermische veiligheids
v Aanzuigbereik reinigen
schakelaar heeft de pomp
(zie 5. ONDERHOUD).
wegens oververhitting
Max. temperatuur van de
uitgeschakeld.
doorvoervloeistof (35 °C) in
acht nemen.
Stroomvoorziening
v Zekeringen en elektrische
onderbroken.
insteekverbindingen contro
leren.
Vuildeeltjes zijn in het aanzuig
v Aanzuigbereik reinigen
(zie 5. ONDERHOUD).
gedeelte ingeklemd.
Aanzuiggedeelte verstopt.
v Aanzuigbereik reinigen
(zie 5. ONDERHOUD).
Alleen bij art. 1499:
De pomp is alleen gereed voor
Watertekort: Droogloop beveili
gebruik, wanneer hij ten minste
ging heeft de pomp vanwege te
15 cm diep ondergedompeld is.
laag waterpeil uitgeschakeld.
v
Pomp ten minste 15 cm in
het water onderdompelen.
Lekkagebeveiliging door
v Aansluitdelen, slang en aan
lekkage registratie geactiveerd.
sluitapparaat controleren en
lekkage repareren.
Voor een optimaal gebruik van het
pompvermogen.
losgemaakt.
Schakelt de pomp bij uitblijvend
doorpompmedium automatisch uit.
Met bescherming tegen drooglopen.
Ideaal om een pomp om te bouwen in een
pomp met hydrofoor.
art. 1723 / 1724
art. 1752
art. 1741
art. 1739
13
09.12.20 15:13