Télécharger Imprimer la page

Ingersoll Rand HA1 Manuel D'installation page 43

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

5.
De knop "ON" moet ingedrukt worden om de takel opnieuw te
starten nadat de knop "Noodstop" of "OFF" is gebruikt.
Accu-Trol® hangbediening (HA2 standaard)
(Raadpleeg tek. MHP0756NL)
Raadpleeg de handleiding van de Accu-Trol® hangbediening, formulier
nummer MHD56014, voor verdere informatie.
Accu-Trol® hangbedieningen kunnen bediening met meerdere
onderdelen leveren en zijn leverbaar met 2, 4 of 6 knoppen.
De hangbediening huisvest de noodstoppalmklep, de knoppen "ON" en
"OFF" voor de luchttoevoer en de knoppen die nodig zijn om de takel
en loopkat (indien aanwezig) te bedienen. De richting waarin de takel
en/of de loopkat loopt, wordt geregeld door het indrukken van knoppen.
1.
Druk op de knop "ON" om de takel aan te zetten.
2.
Druk op de knop "TAKEL OMHOOG" of "TAKEL OMLAAG"
om de takel te bedienen.
3.
In een noodsituatie kan de werking van de takel worden stopgezet
door de noodstoppalmklep in te drukken. Hierdoor krijgt de
takelmotor geen lucht waardoor alle beweging wordt stopgezet.
4.
De knop "OFF" stopt ook de werking van de takel indien deze
knop wordt ingedrukt.
5.
De knop "ON" moet ingedrukt worden om de takel opnieuw te
starten nadat de knop "Noodstop" of "OFF" is gebruikt.
INSPECTIE
• Alle nieuwe, aangepaste of gewijzigde apparaten dienen te
worden geïnspecteerd en getest door personeel dat opgeleid is in
veiligheid, bediening en onderhoud van dit materieel om zeker te
kunnen zijn van veilige bediening bij vollast, voordat de
apparatuur in bedrijf wordt genomen.
Frequente en periodieke inspecties moeten worden uitgevoerd op
materieel dat regelmatig wordt gebruikt. Frequente inspecties bestaan
uit visuele inspecties die door operators of onderhoudspersoneel worden
uitgevoerd tijdens het normale gebruik van de takel. Periodieke
inspecties zijn grondige inspecties die uitgevoerd worden door
personeel dat opgeleid is voor inspectie en onderhoud van de takel.
Zorgvuldige inspectie op gezette tijden brengt mogelijk gevaarlijke
omstandigheden aan het licht, terwijl deze nog in een vroeg stadium
verkeren, waardoor problemen verholpen kunnen worden voordat ze een
gevaar vormen.
Gebreken die tijdens de inspectie aan het licht komen of die tijdens de
bediening opgemerkt worden, dienen gerapporteerd te worden aan een
daartoe aangewezen persoon. Er dient bepaald te worden of het gebrek
de veiligheid in gevaar brengt voordat de takel weer wordt gebruikt.
6.
Druk op de knop "LOOPKAT NAAR RECHTS" of "LOOPKAT
NAAR LINKS" om de loopkat in bedrijf te stellen.
Noodstoppalmkleppen
De hangbedieningen met twee hefbomen en de Accu-Trol®
hangbedieningen zijn uitgerust met een noodstoppalmklep. Wanneer
deze klep wordt geactiveerd, stopt de takel (loopkat, indien aanwezig)
en wordt lucht naar de takel afgesloten.
Bedienen:
1.
Noodstoppalmklep indrukken.
Opnieuw instellen:
1.
Noodstoppalmklep naar buiten trekken.
2.
De knop "ON" indrukken.
3.
De gewenste functiehefboom of knop kiezen, al naargelang de
toepassing.
• De veiligheidsklep van de haak is bedoeld om losse stroppen of
apparaten die slap hangen, vast te houden. Men dient ervoor te
zorgen dat de veiligheidsklep geen last ondersteunt.
Aantekeningen en rapporten
Voor iedere takel dient een of andere vorm van inspectie-aantekeningen
bijgehouden te worden, waarin alle punten die periodiek dienen te
worden geïnspecteerd, worden aangegeven. Er dient maandelijks een
schriftelijk rapport opgemaakt te worden over de staat van de kritieke
onderdelen van iedere takel. Deze rapporten dienen te worden
gedateerd, ondertekend door de persoon die de inspectie heeft
uitgevoerd, en in een dossier bewaard te worden op een plaats waar ze
makkelijk nageslagen kunnen worden.
Rapporten over lastkettingen
Aantekeningen dienen te worden bijgehouden waarin de staat van de
lastketting wordt beschreven, die buiten bedrijf is genomen, als deel
van een lange-termijn inspectie-programma voor lastkettingen.
Accurate aantekeningen leggen een verband tussen waarnemingen die
tijdens de frequente inspecties zijn genoteerd, en de feitelijke staat van
de lastketting die vastgesteld wordt door periodieke inspectiemethoden.
Frequente inspectie
Aan het begin van iedere werkperiode dient een frequente inspectie
uitgevoerd te worden op een takel die doorlopend in bedrijf is. Er
dienen bovendien visuele inspecties uitgevoerd te worden tijdens
normaal bedrijf op eventuele schade of tekenen van gebreken.
NL-6

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

Ha2