24. De takel nooit gebruiken voor het omhoog of omlaag brengen van
mensen, en nooit toestaan dat iemand op een hangende last staat.
25. Speling langzaam uit de ketting en strop wegnemen als u begint te
hijsen. Niet aan de last rukken.
26. Een hangende last nooit laten slingeren.
27. Een hangende last nooit onbeheerd achterlaten.
28. Een last die aan de takel hangt, nooit lassen of snijden.
29. De kettingtakel nooit als een laselektrode gebruiken.
Iedere takel wordt door de fabriek met het afgebeelde
waarschuwingslabel geleverd. Indien het label niet op uw takel is
bevestigd, dient u een nieuw label te bestellen en aan te brengen.
Takel HA1
De pneumatisch aangedreven takel HA1 bestaat in hoofd-zaak uit een
voedingskop die de verplaatsing van het onderste haakblok regelt. De
voedingskop bestaat uit drie hoofddelen. Dit zijn de motor plus de
eerste tandwielvert-raging, de rem plus de tweede tandwielvertraging en
de kettingschijf.
De uitgaande as van de zuigermotor is verbonden met de eerste
planetaire vertraging. De uitgang van de eerste planetaire vertraging is
verbonden met de rem door de ingaande as die door het midden van de
kettingschijf loopt. De ingaande as dient tevens als het zonnewiel voor
de tweede planetaire vertraging. Het vermogen van de tweede planetaire
vertraging wordt rechtstreeks overgebracht naar de lastkettingschijf.
De ingaande as kan pas in een van beide richtingen draaien als de rem
is gelost. De rem wordt gelost door luchtdruk, uitgeoefend op de
ringvormige remzuiger. De zuiger drukt de remveren samen, waardoor
de remschijven loskomen. Er zijn vijf gesinterd bronzen
remfrictieschijven en zes vaste remschijven.
De remzuiger wordt geactiveerd door lucht afkomstig van de
hoofdregelklep. Wanneer de knop "OMHOOG" of "OMLAAG" van de
hangbediening wordt ingedrukt, wordt de spoel van de hoofdregelklep
verplaatst. De spoel is erop ontworpen om lucht naar de rem te sturen.
Wanneer de knop "OMHOOG" of "OMLAAG" van de hangbediening
wordt losgelaten, zorgen de snel-ontluchtkleppen dat de rem zich snel
"zet" en wordt neerwaartse lastdrift vermeden.
30. Een takel niet bedienen als de ketting springt, te veel lawaai
maakt, vastloopt, overbelast of geklemd is.
31. De stoppen voor de hoogste en laagste stand niet gebruiken om de
takel tot stilstand te brengen. Deze stoppen zijn uitsluitend
noodinrichtingen.
32. De takel altijd op de juiste wijze en voorzichtig opstellen.
33. Controleren of de luchttoevoer afgesloten is alvorens onderhoud
aan de takel uit te voeren.
34. De ketting niet blootstellen aan zeer lage temperaturen. Een koude
ketting niet belasten.
WAARSCHUWINGSLABEL
• Gebruik de takel niet om mensen te hijsen, te ondersteunen of te
vervoeren.
BESCHRIJVING
Takel HA2
De pneumatisch aangedreven takel HA2 bestaat in hoofd-zaak uit een
voedingskop die de verplaatsing van het onderste haakblok regelt. De
voedingskop bestaat uit drie hoofddelen. Dit zijn de tandwielvertraging,
de rem plus motor en de kettingschijf.
De uitgaande as van de zuigermotor is verbonden met de rem-as. De
rem-as is verbonden met de aandrijfas door middel van een koppeling
die door het midden van de rem en de kettingschijf loopt, en dient als
het zonnewiel voor de planetaire vertraging van de eerste fase. De
vertraging bestaat uit drie planetaire samenstellen waarbij elk planetair
samenstel door het zonnewiel van het vorige planetaire samenstel wordt
aangedreven. Het vermogen van de planetaire vertraging wordt
rechtstreeks overgebracht naar de lastkettingschijf (lastkettingschijven).
De door de motor aangedreven rem-as is verbonden met de rem via een
palwielkoppeling. In de richting takel "OMHOOG" laat de koppeling de
as draaien zonder de rem te lossen. In de richting "OMHOOG" wordt
geen luchtdruk uitgeoefend op de remzuiger.
De rem-as kan pas in de richting takel "OMLAAG" draaien als de rem
is gelost. De rem wordt gelost door luchtdruk, uitgeoefend op de
ringvormige remzuiger. De zuiger drukt de remveren samen, waardoor
de remschijven loskomen. Er zijn vier gesinterd bronzen
remfrictieschijven en vijf vaste remschijven.
De remzuiger wordt geactiveerd door lucht afkomstig van de
hoofdregelklep. Wanneer de knop "OMLAAG" van de hangbediening
wordt ingedrukt, wordt de spoel van de hoofdregelklep verplaatst. De
spoel is erop ontworpen om alleen in de richting "OMLAAG" lucht
naar de rem te sturen.
Wanneer de knop "OMLAAG" van de hangbediening wordt losgelaten,
zorgen de snel-ontluchtkleppen dat de rem zich snel "zet" en wordt
neerwaartse lastdrift vermeden.
NL-2