c) Stuurfuncties controleren
Nadat u de zender hebt ingeschakeld en de accu aan de rijregelaar van het model hebt aangesloten, is uw
model bedrijfsklaar. De motor mag op dit moment niet aanlopen of zoemen.
Controleer de besturing van het roer. Beweegt u het stuurwiel voor de besturing in (afbeelding 6; pos. 1).
Stuurt u naar links, dan moet ook het roer (in de vaarrichting van achter gezien) naar links draaien. Als dit het geval
niet is, moet u voor de besturing op uw zender de "servo-reversefunctie" selecteren (zie gebruiksaanwijzing van de
afstandsbediening).
Wanneer het stuurwiel voor de stuurfunctie op de zender en de trimming hiervoor zich in de neutrale stand bevinden,
moet het roer in het midden staan. Als dit niet het geval is, moet de zender in overeenstemming worden getrimd (zie
gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening). Anders of als de trimweg van de zender niet meer volstaat, moet u
bij een neutraal stuurwiel en neutrale trimming de besturing opnieuw afstellen door de schroeven aan de stuurstang
(afbeelding 3, pos. 3) los te maken.
Schroefverbindingen "metaal / metaal" moeten door zogenaamde "stopmoeren" of met een druppel borglak
tegen ongewild losmaken worden vastgemaakt.
Controleer de functie "Vooruit varen". Met de gashendel van de zender (afbeelding 6, pos. 2) kunt u de vaarsnelheid
van het model traploos regelen. Hoe verder u de hendel naar de greep toe trekt, hoe sneller de scheepsschroef moet
draaien en hoe sneller u vooruit vaart.
Als de motor slechts aanloopt wanneer de gashendel naar voor wordt gedrukt, moet voor de vaarfunctie op de zender
de "Achteruit"-schakelaar worden geactiveerd. Raadpleeg hiervoor de voorschriften in de gebruiksaanwijzing van de
afstandsbediening.
De rijregelaar kan bovendien ook op "Achteruit varen" worden geprogrammeerd (zie hoofdstuk 11). Deze
functie is echter voor het model niet aangewezen aangezien het modelschip hierbij aan de staart onderduikt.
Het hoogwaterkanaal zou nog met meer water worden gevuld en de daardoor ontstane helling van het
model verder verhogen. Daardoor stroomt water over het achterste deel van het scheepsdek en kan onder
omstandigheden in het interieur lopen.
Afbeelding 6
87