Richten van de spuitstraal
Door verstellen van de sproeikophouder kan de spuitstraal horizontaal of verticaal worden uitgelijnd. De spuitstraal
moet de vorige straal met 50 % overlappen om een gelijkmatig verloop te garanderen.
Sproeikopverstoppingen oplossen
Gebruik het apparaat niet in de buurt van kinderen.
Besproei met het spuitapparaat geen mensen of dieren;
het spuitapparaat mag ook niet op mensen of dieren
worden gericht. Handen en andere lichaamsdelen uit de
buurt van de uitlaat houden. Probeer bijvoorbeeld niet om
uitlopend materiaal met een lichaamsdelen te stoppen.
1.
Om de sproeikop van verstoppingen te bevrijden, ver-
grendelt u de trekker en zet u de ontluchtings-/dru-
kontlastingsklep in de bovenste positie on de druk te
ontlasten.
2. Draai de sproeier in de reinigingspositie.
3. Richt het spuitapparaat in een opvangreservoir, maak
de trekkerblokkering los en zet de ontluchtings-/dru-
kontlastingsklep naar beneden. Haal de trekker over
om de verstopping eruit te spoelen.
4. Vergrendel de trekkerblokkering. Zet de ontluchtin-
gs-/drukontlastingsklep in de bovenste positie om de
druk te ontlasten en draai de sproeikop terug naar de
spuitpositie.
45
Vertaling van de originele handleiding