2
TOEVOER GEMENGDE OLIE
Om bij te tanken verwijder de tankdop (pag. 19).
De brandstoftankinhoud is terug te vinden op pag. 11.
Na het bijvullen de dop erop plaatsen en stevig sluiten.
LET OP: Het model Racing heeft geen menginstallatie.
De olie vermeld in de tabel "Aanbevolen smeermiddelen en vloeistoffen" op pag.
16 gebruiken.
STARTEN MOTOR
Zet de brandstoftankkraan op ON of RES (pag. 18).
Controleer of de versnellingsbak in neutraal staat (pag. 20).
Draai de sleutel op het symbool
Controleer of de schakelaar rechts op het stuur in de stand
Klap de standaard in.
MET KICKSTARTPEDAAL (pag. 21):
Het pedaal intrappen om de motor te starten door met de voet een flinke slag te geven.
LET OP
Zodra het pedaal ingetrapt is deze onmiddellijk loslaten. Dat voorkomt terugslag
voor het hele startsysteem en de voet.
ALS DE MOTOR KOUD IS:
Zet de starter aan (pag. 19), start de motor zoals hierboven beschreven, wacht
een paar seconden, en breng de starter dan terug in beginpositie.
UITSCHAKELEN MOTOR
Om de motor uit te schakelen, op een van de volgende manieren te werk gaan:
- draai de sleutel op het symbool
- druk op de aanwezige knop
OPMERKING:
Wanneer de motor stilstaat, controleer of de brandstofkraan op OFF staat (pag.
18).
NL
(pag. 22).
(pag. 22).
in de schakelaar groep (pag. 20).
34
staat (pag. 20).