nld
letter die de perscontour, en een cijfer dat de grootte aangeeft. De tussentangen
zijn gemarkeerd met de letter Z en een cijfer, dat dient voor het indelen bij de
toelaatbare persring, die identiek gemarkeerd is. De persring 45° (PR-2B) mag
uitsluitend onder een hoek van 45° ten opzichte van de tussentang Z1/tussen-
tang Mini Z1 worden aangebracht (fi g. 17). De inbouw- en montagehandleiding
van de fabrikant/aanbieder van de te persen persfi ttingsystemen moet worden
gelezen en nageleefd. Pers nooit met niet-passende perstang, perstang Mini,
persring en tussentang (perscontour, grootte). De persverbinding kan dan
onbruikbaar zijn en de machine en perstang, perstang Mini of persring en
tussentang, tussentang Mini zouden kunnen worden beschadigd.
De aandrijfmachine wordt het beste op een tafel of de vloer gelegd. De draaihuls
(fi g. 4 (27)) van ROLLER'S Uni-Press XL ACC moet overeenkomstig de gebruikte
perstang/tussentang worden geplaatst. Voor het gebruik van de tussentang Z6
XL moet de draaihuls (27) worden gedraaid tot deze vastklikt, zodat de sleuf
van het aandrijfhuis er niet door wordt bedekt. Voor alle andere perstangen/
tussentangen moet de draaihuls (27) worden gedraaid tot deze vastklikt, zodat
de sleuf van het aandrijfhuis erdoor wordt bedekt. De montage (het wisselen)
van de perstang, perstang Mini of tussentang, tussentang Mini kan alleen
gebeuren, als de persrollen (5) helemaal teruggebracht zijn. IIndien nodig bij
ROLLER'S Uni-Press SE de draairichtingshendel (7) naar links drukken en de
veili
veiligheidstipschakelaar (8) bedienen, bij ROLLER'S Multi-Press Mini ACC,
veiligheidstipschakelaar (8) bedienen, bij ROLLER'S Multi-Press Mini ACC,
ROLLER'S Multi-Press Mini 22 V ACC, ROLLER'S Multi-Press Mini S 22 V
ACC / ROLLER'S Uni-Press / Uni-Press ACC en ROLLER'S Multi-Press / Multi-
ROLLER'S Uni-Press / Uni-Press ACC en ROLLER'S Multi-Press / Multi-
ROLLER'S Uni-Press / Uni-P
Press ACC de terugloopknop (13) ingedrukt houden, tot de persrollen (5) helemaal
teruggelopen zijn.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
De draaihuls (27) moet altijd overeenkomstig de gebruikte perstang/tussentang
worden geplaatst, tot deze vastklikt – knelgevaar!
Open de tanghouderbout (2). Druk hiervoor de vergrendelstift/grendel (4) in,
de tanghouderbout (2) springt onder veerbelasting naar buiten. Zet de gekozen
perstang, perstang Mini (1), tussentang, tussentang Mini (18) in. Schuif de
tanghouderbout (2) naar voren, tot de vergrendelstift/grendel (4) vastklikt. Duw
r
ren, tot de vergrendelstift/grendel (4) vastklikt. Duw
hierbij de drukschuif/knop (3) direct boven de tanghouderbout (2) naar beneden.
Radiaalpersen niet zonder ingezette perstang, perstang Mini of persring met
tussentang, tussentang Mini starten. Laat de persbeweging alleen voor de
tussentang Mini starten. Laat de persbeweging alleen voor de
tussentang Mini
totstandbrenging van een persverbinding uitvoeren. Zonder perstegendruk van
de persfi tting wordt de aandrijfmachine resp. perstang, perstang Mini, persring,
de persfi tting wordt de aandrijfmachine r
de persfi tting wordt de aandrijfmachine resp. perstang, perstang Mini, persring,
tussentang en tussentang Mini on
tussentang Mini on
tussentang Mini
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Nooit bij niet vergrendelde tanghouderbout (2) persen. Breukgevaar!
2.3. Montage (wisselen) van de perskoppen (14) bij axiaalpersen (Fig. 9) 9) 9
Accu uitnemen. Alleen systeemconforme perskoppen gebruiken. ROLLER'S
perskoppen zijn met hoofdletters ter herkenning van het drukhulssysteem en
met een getal ter herkenning van de afmeting gekenmerkt. De inbouw- en
montagehand
montagehandleiding van de fabrikant/aanbieder van het gebruikte systeem
montagehandleiding van de fabrikant/aanbieder van het gebruikte systeem
moet worden gelezen en nageleefd. Nooit met niet passende perskoppen
(drukhulssysteem, afmeting) persen. De verbinding kan onbruikbaar zijn en de
machine en de perskoppen kunnen beschadigd worden.
Gekozen perskoppen (14) helemaal insteken, hiertoe draaien tot deze vastklikken
(kogelborging). Perskoppen en opnamegaten in de persvoorziening schoon
houden.
2.4. Montage (vervanging) van de optrompvoorziening (15), optrompkop (16)
bij ROLLER'S Akku-Exparo 22 V ACC (fi g. 8)
Kies de bij de optrompkop (16) passende optrompvoorziening (15). Gebruik
bij de ROLLER'S optrompkoppen Cu de optrompvoorziening Cu. Gebruik bij
de ROLLER'S optrompkoppen P de optrompvoorziening P. Gebruik uitsluitend
systeemspecifi eke optromkoppen. ROLLER'S optrompkoppen P zijn voorzien
van een letter die het drukhulssysteem, en een cijfer dat de grootte aangeeft;
ROLLER'S optrompkoppen Cu zijn alleen voorzien van een cijfer dat de grootte
aangeeft. Bij de optrompvoorziening Q & E passen de optrompkoppen van de
systemen Uponor Quick & Easy en Giacomini GX. De inbouw- en montage-
handleiding van de fabrikant/aanbieder van het gebruikte systeem moet worden
gelezen en nageleefd. Gebruik nooit een niet-passende optrompvoorziening
of niet-passende optrompkoppen (systeem, grootte). De verbinding kan dan
onbruikbaar zijn en de machine en optrompkoppen zouden kunnen worden
beschadigd. Verwijder de accu. De kegel van de optrompdoorn (18) dient licht
te worden ingevet. Schroef de gekozen optrompkop (16) tot de aanslag op de
optrompvoorziening (15). Gebruik uitsluitend systeemspecifi eke optromkoppen.
Optrompkoppen zijn voorzien van een letter die het drukhulssysteem, en een
cijfer dat de grootte aangeeft. De inbouw- en montagehandleiding van de
fabrikant/aanbieder van het gebruikte systeem moet worden gelezen en nage-
leefd. Gebruik nooit niet-passende optrompkoppen (drukhulssysteem, grootte).
De verbinding kan dan onbruikbaar zijn en de machine en optrompkoppen
zouden kunnen worden beschadigd.
LET OP
Zorg ervoor dat de drukhuls bij de optrompbewerking voldoende afstand tot de
optrompkop (16) heeft, omdat anders de optrompbekken (17) kunnen buigen
of breken.
ingedruk
ingedrukt houden, tot de persrollen (5) helemaal
tussentang Mini
tussentang Mini (18) in. Schuif de
nodig zwaar belast.
3. Werking
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Voordat de aandrijfmachine na een langere opslagduur weer in gebruik wordt
genomen, moet eerst het overdrukventiel in werking worden gesteld door op
de terugloopknop (13) te drukken. Indien dit vastzit of stroef is, mag niet worden
geperst. De aandrijfmachine dient voor controle te worden ingediend bij een
geautoriseerde ROLLER klantenservice.
3.1. Radiaalpersen (fi g. 1 t/m 7 en 13 t/m 17)
Vóór elk gebruik dient de perstang, perstang Mini, persring, tussentang en
tussentang Mini, met name de perscontour (11, 22) van de persbekken (10)
resp. van alle 3 de perssegmenten (21), op schade en slijtage te worden
gecontroleerd. Beschadigde of versleten perstangen, perstangen Mini, pers-
ringen, tussentangen en de tussentang Mini mogen niet meer worden gebruikt.
Anders bestaat het risico van niet-correcte persingen of ongevallen.
Vóór elk gebruik dient met de aandrijfmachine en de te gebruiken perstang,
perstang Mini, persring met tussentang of tussentang Mini een proefpersing met
ingelegde persfi tting te worden uitgevoerd. De perstang, perstang Mini (1),
persring (20) met tussentang of tussentang Mini moeten hierbij mechanisch in
de aandrijfmachine passen en volgens de voorschriften vergrendeld kunnen
worden. Als de persing voltooid is, dient te worden gecontroleerd of de persbekken
(10), persringen (20), perssegmenten (21) zowel aan de punten (fi g. 1 en fi g. 13
tot 17 bij 'A') als op de tegenoverliggende zijde (fi g. 1 en fi g. 13 tot 17 bij 'B')
volledig sluiten. De dichtheid van de verbinding moet eveneens worden gecon-
troleerd (nationale voorschriften, normen, richtlijnen enz. in acht nemen).
Ontstaat bij het sluiten van de perstang, perstang Mini een duidelijke braam
aan de pershuls, dan kan de persing fout cq. ondicht zijn (zie 5. storingen).
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Om schade aan het persapparaat te voorkomen, dient erop te worden
gelet dat bij werksituaties zoals bijvoorbeeld in fi g. 10 t/m 12 getoond,
geen spanning tussen perstang, perstang Mini, persring, tussentang,
tussentang Mini, fi tting en aandrijfmachine optreedt. Bij niet-nakoming
bestaat breukgevaar en kunnen wegvliegende delen ernstig letsel veroor-
zaken.
3.1.1. Werkvolgorde
Perstang, perstang Mini (1) met de hand zover samendrukken, dat de perstang
over de persfi tting geschoven worden kan. Aandrijfmachine met perstang daarbij
haaks t.o.v. de buis op de persfi tting plaatsen. Perstang loslaten zodat deze
zich om de persfi tting sluit. Aandrijfmachine bij de machinegreep (6) en de
schakelaargreep (9) vasthouden.
Leg de persring (20) om de persfi tting. Leg de tussentang/tussentang Mini (19)
in de aandrijfmachine en vergrendel de tanghouderbout; breng indien nodig
de draaihuls (27) in de juiste positie, zie 2.2. Duw de tussentang/tussentang
Mini (18) met de hand zo ver samen, dat de tussentang/tussentang Mini aan
de persring kan worden aangelegd. Laat de tussentang/tussentang Mini los,
zodat de radiussen/halve bollen van de tussentang/tussentang Mini stevig op
de cilinderrollen/kogelschalen van de persring zitten en de persring goed op
de persfi tting vastzit. Houd er bij de tussentang Z1 en tussentang Mini Z1
rekening mee dat de persring uitsluitend onder 45° mag worden aangebracht.
Bij ROLLER'S Uni-Press SE de draairichtingshendel (7) naar rechts (aanloop)
ROLLER'S Uni-Press SE
ROLLER'S Uni-Press SE de draairichtingshendel (7) naar rechts (aanloop)
schakelen en de veiligheidstipschakelaar (8) indrukken. Houd de veiligheid-
stipschakelaar (8) ingedrukt tot de persing voltooid is en de perstang resp.
persring gesloten is. Laat de veiligheidstipschakelaar direct los. Schakel de
draairichtingshendel (7) naar links (terugloop) en druk op de schakelaar (8) tot
de persrollen teruggelopen zijn en de veiligheidsslipkoppeling in werking treedt.
Laat de veiligheidstipschakelaar direct los.
LET OP
De veiligheidsslipkoppeling mag niet onnodig worden belast. Laat de veilig-
heidstipschakelaar na het sluiten van de perstang, persring resp. na het
teruglopen van de persrollen direct los. De veiligheidsslipkoppeling is zoals
elke slipkoppeling onderhevig aan normale slijtage. Als deze echter onnodig
wordt belast, verslijt ze sneller en kan ze worden vernield.
Bij ROLLER'S Uni-Press en ROLLER'S Multi-Press houd de veiligheidstipscha-
ROLLER'S Uni-Press en ROLLER'S Multi-Press houd de veiligheidstipscha-
ROLLER'S Uni-Press en ROLLER'S Multi-Press
kelaar (8) ingedrukt tot de persing voltooid is en de perstang resp. persring
volledig gesloten is. Dit wordt door een akoestisch signaal (knakken) aange-
geven. Terugloopknop (13) zolang indrukken, totdat de persrollen (5) helemaal
zijn teruggelopen.
Bij ROLLER'S Multi-Press Mini ACC, ROLLER'S Multi-Press ACC,
ROLLER'S Multi-Press Mini ACC, ROLLER'S Multi-Press ACC, ROLLER'S
Multi-Press Mini S 22 V ACC,
Multi-Press Mini S 22 V ACC, ROLLER'S Multi-Press 22 V ACC,
Uni-Press ACC en Uni-Press XL ACC houd de veiligheidstipschakelaar (8)
Uni-Press XL ACC
Uni-Press XL ACC houd de veiligheidstipschakelaar (8)
ingedrukt tot de persing voltooid is en de perstang resp. persring volledig
gesloten is. Na volle dige persing schakelt de aandrijfmachine automatisch op
terugloop om (gedwongen afl oop). Dit wordt door een akoestisch signaal
(knakken) aangegeven.
Druk de perstang, perstang Mini met de hand samen, zodat ze samen met de
aandrijfmachine van de persfi tting kan worden afgetrokken. Druk de tussentang,
tussentang Mini met de hand samen, zodat ze samen met de aandrijfmachine
van de persring kan worden afgetrokken. Open de persring met de hand, zodat
hij van de persfi tting kan worden afgetrokken.
direct
direct los. De veiligheidsslipkoppeling is zoals
ROLLER'S Multi-Press 22 V ACC, ROLLER'S
nld
43