MedComp VASCU-PICC Instructions D'utilisation page 61

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 21
Opgelet: Laat de wikkel nooit op zijn plaats als een verblijfskatheter. Dit
veroorzaakt letsel aan de ader.
12.
Verwijder de dilator van de huls.
13.
Breng de distale tip van de katheter in en door de wikkel totdat de
kathetertip op de juiste plaats in de gewenste ader zit.
14.
Verwijder de afscheurwikkel door deze langzaam uit het bloedvat te
trekken en tegelijkertijd de huls te splijten door de uitsteeksels vast te
pakken en ze uit elkaar te trekken (een lichte draaibeweging kan helpen).
Opgelet: Trek het deel van de wikkel dat in de ader blijft zitten niet uit
elkaar. Trek de huls zo ver mogelijk achteruit en scheur de huls met maar
een paar centimeter tegelijk om schade aan het bloedvat te vermijden.
15.
Stel de katheter af onder fluoroscopie. De distale tip dient zich op het
niveau van de atrio-cavale junctie te bevinden.
Opgelet: Klem niet het gedeelte van de katheter met het lumen af. Klem
alleen de verlenging(en) af. Geen getande forceps gebruiken. Gebruik
uitsluitend de meegeleverde in-lijn klem(men).
16.
Bevestig spuit(en) aan de verlenging(en) en open de klem(men). Bloed
moet gemakkelijk geaspireerd worden. Als er overdreven weerstand
gevoeld wordt tegen bloedaspiratie kan het zijn dat de katheter moet
verplaatst worden om een gepaste flow te krijgen.
17.
Van zodra er een gepaste aspiratie verkregen wordt, moeten de
lumina geïrrigeerd worden met (een) spuit(en) gevuld met fysiologische
zoutoplossing. De klem(men) moeten open staan voor deze procedure.
Opgelet: Kleine spuiten zullen overdreven druk veroorzaken en kunnen de
katheter beschadigen. Spuiten van tien (10) cc of groter worden aanbevolen.
18.
Verwijder de spuit(en) en sluit de verlengingsklem(men). Vermijd
luchtembolie door de katheter te allen tijde afgeklemd te houden
wanneer deze niet in gebruik is en door de katheter vóór elk gebruik te
aspireren en daarna te irrigeren met een fysiologische zoutoplossing.
Elke keer dat een slangaansluiting wordt vervangen moeten de katheter
en alle aansluitslangen en doppen ontlucht worden.
19.
Controleer en documenteer vóór gebruik de juiste plaatsing van de tip
met behulp van fluoroscopie. De distale tip dient zich op het niveau
van de atrio-cavale junctie te bevinden.
Opgelet: Nalaten de plaatsing van de katheter te controleren kan ernstige
trauma's of fatale complicaties tot gevolg hebben.
Noot: Als er geen bloedterugstroom is kijk dan de plaatsing van de katheter
na alvorens deze te gebruiken.
VASTZETTEN VAN DE KATHETER EN VERBINDEN VAN DE WOND:
De inbrengplaats en het deel van de katheter buiten het lichaam moeten
altijd met een beschermend verband zijn bedekt.
20.
Verbind de katheter en zet deze vast volgens de beleidslijnen
van de instelling. In het bakje zitten de volgende elementen
hiervoor: steri-strips, hechtverband, en een StatLock
bevestigingsinstrument.
Vervangen van verband - Er moet altijd een verband zitten om de
inbrengplaats. Het verband moet vervangen worden volgens het beleid van de
instelling of iedere keer dit vuil of nat wordt of wanneer het niet meer afsluit.
Noot: Telkens wanneer verbanden vervangen worden, dient de externe lengte
van de katheter beoordeeld te worden om te bepalen of kathetermigratie
zich heeft voorgedaan. Confirmeer geregeld de positionering van de katheter
en plaats van de tip.
Spoelen en afsluiten - Spoelen en afsluiten - Volg het beleid van de
instelling voor het spoelen en afsluiten van de katheter.
De katheter dient gespoeld te worden met een gewone fysiologische
zoutoplossing alvorens het geneesmiddel toe te dienen om de
slotoplossing te verwijderen.
ONDERHOUD VAN DE KATHETER
-59-
-katheter als
®

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières