Risico op beschadiging van het apparaat! Het apparaat heeft een oliesensor.
Bij levering zit er niet genoeg olie in de motor om het apparaat te starten. Zorg
ervoor dat je de olie bijvult! Zie het hoofdstuk Olie bijvullen op pagina 27.
Apparaat beschadigd! Verkeerde brandstof kan het apparaat beschadigen.
Tank nooit E10 of diesel.
Het apparaat moet vóór het tanken worden uitgeschakeld en mag nooit
tijdens het gebruik worden bijgetankt!
Risico op brandwonden! Schakel het apparaat uit voordat u gaat tanken en
wacht tot het is afgekoeld. Zelfs na gebruik kunnen de uitlaat en veel onder-
delen erg heet worden en brand veroorzaken als ze in contact komen met
brandstof.
• Tank alleen in goed geventileerde ruimten.
• Breng het apparaat in een stabiele positie op de vloer.
Gevaar voor het milieu. Benzine kan in de bodem terechtkomen door morsen.
Gebruik een geschikte basis om bij te tanken.
Gevaar voor vergiftiging. Open de brandstoftank nooit snel. Brandstof kan
eruit spuiten door overdruk! De brandstof kan stoffen bevatten die vergelijk-
baar zijn met oplosmiddelen. Vermijd contact met huid en ogen en inademing
van de brandstof.
• Open de brandstoftank langzaam.
• Draai het deksel linksom.
• Verwijder het deksel.
NL
V. 1.2
Bijtanken
19