nEDERLanDs
Vóór ingebruikneming
•
Plaats de verlengstukken aan weerszijden van de
grondplaat. Raadpleeg het hoofdstuk De verlengstukken
van de grondplaat monteren.
•
Controleer de afdekking van de riem op beschadigingen en
kijk of de onderste beschermkap goed werkt.
•
Gebruik vooral de zaagplaat. Werk niet met de zaagmachine
als de sleuf van de zaagplaat breder is dan 12 mm.
•
Plaats het juiste zaagblad. Gebruik niet zeer versleten
zaagbladen. De maximale rotatiesnelheid van het
gereedschap mag niet hoger zijn dan die van het zaagblad.
•
Controleer dat alle vergrendelknoppen en klemhandgrepen
vast zitten.
•
Gebruik uitrusting voor persoonlijke bescherming en sluit de
zaagmachine aan op een extern systeem voor stofafzuiging.
•
U kunt met deze zaag hout en veel non-ferro materialen
zagen, maar deze bedieningsinstructies behandelen alleen
het zagen van hout. Deze zelfde richtlijnen gelden voor de
andere materialen. Zaag niet ferro-materialen (ijzer en staal),
vezelcement of metselwerk met deze zaag!
•
Probeer niet al te kleine werkstukken te zagen.
•
Zet het werkstuk vast.
•
Laat het zaagblad onbelemmerd z'n werk doen. Forceer het
zaagblad niet.
•
Laat, voor u gaat zagen, de motor volledig op snelheid
komen.
BEDIENING
Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING: Houd u altijd aan de
veiligheidsinstructies en van toepassing zijnde
voorschriften.
WAARSCHUWING: Beperk het risico van ernstig
persoonlijk letsel, schakel het gereedschap uit en
trek de stekker uit het stopcontact, en voer daarna
pas aanpassingen uit of verwijder/plaats daarna
pas hulpstukken of accessoires. Let erop dat de
aan/uit-schakelaar in de stand OFF staat. Wanneer de
zaagmachine per ongeluk wordt ingeschakeld, kan dat
leiden tot letsel.
Zorg ervoor dat de zaagmachine ergonomisch is geplaatst,
zet de tafel op de juiste hoogte en let erop dat de tafel stabiel
staat. Kies de locatie van de zaagmachine zo dat de gebruiker
een goed overzicht heeft en er voldoende ruimte rond de
machine is zodat het werkstuk zonder beperkingen kan worden
gehanteerd.
Beperk de gevolgen van een toename van trillingen, zorg ervoor
dat de omgeving niet te koud is, de machine en accessoires
goed zijn onderhouden en de afmeting van het werkstuk
geschikt is voor deze machine.
In- en uitschakelen (Afb. A)
Er zit een gat
28
in de aan/uit-schakelaar
hangslot het gereedschap vergrendelen.
96
Gebruik van het LED-werklichtsysttem
(Afb. A, M)
OPMERkIng: De verstekzaag moet op de stroomvoorziening
worden aangesloten.
U kunt het LED-werklichtsysteem inschakelen met een
drukschakelaar, die zich bevindt op de handgreep onder de
vrijgavehendel
werklichtsysteem werkt onafhankelijk van de aan/uit-schakelaar
van de verstekzaag. Als LED niet werkt heeft dat geen gevolgen
voor de werking van de zaagmachine.
Door een bestaande potloodlijn op een stuk hout zagen:
OPMERkIng: Als de LED beschadigd is, mag deze alleen door
BERNER of een erkende onderhoudsorganisatie vervangen
worden.
Positie van lichaam en hand (Afb. N)
Wanneer u bij het bedienen van de verstekzaag uw lichaam
en handen inde juiste positie houdt, maakt dat het zagen
gemakkelijker, nauwkeuriger en veiliger.
1
, u kunt met een
1. U kunt het gereedschap inschakelen door op de aan/uit-
schakelaar
1
te drukken.
2. U kunt het gereedschap uitschakelen door de schakelaar los
te laten.
2
van de beschermkapvergrendeling. Het LED-
1. Duw op de zwarte kunststof hendel, trek vervolgens met de
bedieningshandgreep het zaagblad
De schaduw van het zaagblad verschijnt dan op het hout.
2. Lijn de potloodlijn uit met de rand van de schaduw van het
zaagblad. U zult misschien de verstekhoek of de schuine
zaaghoek moeten aanpassen aan de potloodlijn.
WAARSCHUWING:
•
Plaats nooit uw handen in de buurt van het
zaaggebied.
•
Plaats niet uw handen op een afstand van minder dan
100 mm van het zaagblad.
•
Houd het werkstuk tijdens het zagen stevig tegen de
tafel en de langsgeleiding. Houd uw handen in de juiste
positie tot de schakelaar is vrijgegeven en het zaagblad
volledig tot stilstand is gekomen.
•
Maak altijd test-zaagsneden (met de machine
uitgeschakeld) voor u gaat zagen zodat u de weg van
het zaagblad kunt controleren.
•
Zet uw handen niet kruislings.
•
Houd bij de voeten stevig op de vloer en blijf goed in
evenwicht staan.
•
Volg de zaagarm, wanneer u deze naar links en naar
rechts verplaatst en blijf iets naast het zaagblad staan.
7
tot dicht bij het hout.