8.1
Aarding (afb. 3)
m Let op! Elektrische schok!
- Geen ongeïsoleerd draad om te aarden gebruiken.
- Generator moet goed geaard zijn.
Om statische ladingen af te laten vloeien, moet de be-
huizing worden geaard. Hiervoor wordt een kabel aan
een zijde op de aardingsklem (12) van de generator en
aan de andere kant met een externe massa (bijv. aard-
pen) verbonden.
m LET OP!
Controle voor gebruik
• Controleer alle zijdes van de motor op olie of brand-
stoflekken.
• Controleer het motoroliepeil.
• Controleer het brandstofpeil – Vul de tank met min-
stens 2 liter Super E10 benzine.
• Controleer de conditie van het luchtfilter.
• Controleer de conditie van de brandstofleidingen.
• Let op tekenen van schade.
• Controleer of alle veiligheidsafdekkingen zijn aan-
gebracht en of alle schroeven zijn aangedraaid.
• Zorg voor voldoende ventilatie van het apparaat.
• Controleer of de bougiestekker aan de bougie (20)
is bevestigd.
• Eventueel aangesloten elektrisch apparaat loskop-
pelen van de stroomgenerator.
8.2 Olie bijvullen (afb. 7 + 8)
m Let op!
De generator wordt geleverd zonder motorolie.
Voor ingebruikname daarom altijd olie bijvullen.
Gebruik hiertoe 15W40 olie.
Controleer regelmatig voor elk gebruik het oliepeil. Een
te laag oliepeil kan de motor beschadigen.
1.
Plaats de generator op een vlak, recht oppervlak.
2.
Verwijder de motorafdekking (3) door de beide
schroeven met een kruiskopschroevendraaier (niet
bij de levering inbegrepen) er uit te schroeven.
3.
Schroef de oliepeilstok (16) los.
4.
Vul de tank met behulp van de trechter (14) met
motorolie. Let op de max. vulhoeveelheid van
350 ml. Vul de olie voorzichtig bij tot aan de
onderkant van de vulpijp.
5.
Veeg de oliepeilstok (16) met een schone, pluis-
vrije doek schoon.
6.
Voer de oliepeilstok (16) weer in en controleer het
oliepeil zonder de peilstok weer vast te schroeven.
7.
Het oliepeil moet binnen de middelste markering
op de oliepeilstok staan.
72 | NL
8.
Als het oliepeil te laag is, voeg dan de aanbevolen
hoeveelheid olie toe (max. 350 ml).
9.
Schroef de oliepeilstok (16) vervolgens weer vast.
10. Plaats de motorafdekking (3) terug en zet deze stevig
vast door de beide schroeven weer aan te draaien.
8.3 Brandstof bijvullen
m Let op!
De generator wordt geleverd zonder benzine. Voor
ingebruikname daarom altijd benzine bijvullen.
Gebruik hiervoor Super E10 benzine.
1.
Schroef de tankdop (2) open en vul met behulp
van een trechter (14) maximaal 4,1 liter Super E10
benzine in het tankreservoir bij.
2.
Let op dat de tank niet te vol wordt gevuld (Vul-
peilmarkering (23) in acht nemen!) en dat er geen
benzine wordt gemorst. Brandstoffilterelement
(22) gebruiken. Gemorste benzine direct opnemen
en wachten tot de benzinedampen zijn vervlogen
(vanwege ontstekingsgevaar).
3.
Sluiten van de tankdeksel (2).
m LET OP!
Tank in een goed geventileerde omgeving waarbij
de motor is uitgeschakeld.
Als de motor direct daarvoor in gebruik was, moet deze
eerst afkoelen. Tank de motor nooit in een gebouw, waar
de benzinedampen vlammen of vonken kunnen bereiken.
Benzine is zeer brandgevaarlijk en explosief. U
kunt bij het omgaan met brandstof brandwonden
of ander ernstig letsel oplopen.
9.
Bediening
9.1
Motor starten (afb. 5 + 6)
m Let op! Gevaar voor vergiftiging!
Gebruik het apparaat alleen buitenshuis en nooit in ge-
sloten of slecht geventileerde ruimten.
1.
Zet de beluchting op de tankdop (2) op "ON".
2.
Zet de aan/uit-schakelaar (13) in de stand "RUN".
Aanwijzing: De energiebesparingsschakelaar (10) moet
op "OFF" staan.
In „koude" toestand
Let op! Laat nooit de trekstarter (5) terugschie-
1.
ten. Dit kan tot schade leiden.
2.
Zet de aan/uit-schakelaar (13) in de stand "Choke".
3.
Trek nu de trekstarter (5) snel aan tot de motor start.
Als de motor niet start, herhaalt u de werkwijze.
4.
Zet de aan/uit-schakelaar (13) nadat de motor is
gestart (na ca. 15-30 sec) uit stand "CHOKE" in
stand "RUN". (Afb. 6)
www.scheppach.com