PROBLEMEN OPLOSSEN
Algemeen
Schakel de kookplaat onmiddellijk uit als u een barst in het glas ziet (hoe klein ook). Haal de
stekker uit het stopcontact of zet de (automatische) zekering(en) in de meterkast uit. Bij een
permanente aansluiting zet u de stroomtoevoer op nul. Neem contact op met de serviceafdeling.
Probleemoplossingstabel
Als het toestel niet naar behoren werkt, betekent dit niet altijd dat het defect is.
Probeer het probleem eerst zelf op te lossen door de onderstaande punten na te lopen.
U kunt voor meer informatie ook terecht op de website.
Symptoom
Het display gaat branden
wanneer de kookplaat
de eerste keer wordt
ingeschakeld.
De ventilator blijft nog enkele
minuten doorwerken nadat de
kookplaat is uitgeschakeld.
In het begin is het mogelijk dat
u een lichte geur ruikt.
De pannen maken geluid
tijdens het koken.
U hebt een kookzone
ingeschakeld maar
het display toont .
Een kookzone stopt plotseling
en u hoort een signaal.
De kookplaat werkt niet en er
verschijnt niets op het display.
Bij het inschakelen van
de kookplaat slaat er een stop
door.
In alle displays wordt symbool
weergegeven.
NL 28
Mogelijke oorzaak
Dit is de normale
opstartroutine.
De kookplaat koelt af.
Het nieuwe toestel wordt
opgewarmd.
Dit wordt veroorzaakt door de
energie die van de kookplaat
naar de pan stroomt.
De gebruikte pan is niet
geschikt voor inductiekoken of
heeft een te kleine diameter.
Er staat geen (geschikte) pan
op de kookzone.
De vooraf ingestelde tijd is
verstreken.
Er is geen stroom vanwege
een defecte kabel of defecte
aansluiting.
Foutieve elektrische
aansluiting.
De vergrendelfunctie is actief.
Oplossing
Normale werking.
Normale werking.
Dit is normaal en verdwijnt
nadat het toestel een aantal
keer is gebruikt. Ventileer de
keuken.
Bij hoge instellingen is dit bij
bepaalde pannen een heel
normaal verschijnsel. Dit is
niet schadelijk voor de pannen
of de kookplaat.
Gebruik een geschikte pan.
Normale werking.
Controleer de zekeringen en
de elektriciteitsschakelaar (bij
een vaste aansluiting).
Laat de elektrische aansluiting
controleren.
Deactiveer de
vergrendelfunctie.