Oplossen van problemen
Probleem
De draad wordt niet getranspor
teerd ondanks een draaiende rol
van het draadtransport.
Draadtoevoer onderbroken o los
Lichtboog is gedood
Lasnaad is poreus
De machine unctioneert onver
wachts niet meer na een langdurig
gebruik
Oorzaak
Vuil op het stroommondstuk
De koppeling van de spoeldrager is
te strak ingesteld.
Beschadigd slangenpakket
Aandrukkracht van de draadgelei
dingsrol te laag
Stroommondstuk beschadigd
Verbrandingen in het stroommond
stuk
Vuil op de gleu van het aandrijwiel
Groe op het versleten aandrijwiel
Slecht contact tussen massatang en
lasdeel
Kortsluiting tussen stroommondstuk
en gasgeleiding
Stroommondstuk te los
Onjuiste astand o hoek van het
slangenpakket
Geen, te weinig o onjuist gas
Het apparaat is door een te langdu
rig gebruik oververhit en de warmte
beveiliging werd geactiveerd.
NEDERLANDS
Maatregel
Schoonmaken
Losmaken
Bescherming van de draadgeleiding
controleren.
Aandrukkracht verhogen
Vervangen
Vervangen
Schoonmaken
Vervangen
De tang aandraaien en controleren
Ver en corrosie verwijderen
Stroommondstuk en het mondstuk
van de gasgeleiding reinigen o
vervangen
Stroommondstuk vrij van vuil, ver
resten en corrosie
Stroommondstuk vast aandraaien
De astand tussen het slangenpakket
en het te lassen deel moet 510 mm
zijn. De hoek niet minder dan 60˚ ten
opzichte van het werkstuk.
(Meer) gas toevoeren o verwiselen
Het apparaat laten akoelen
57