(A)
(B)
WERKINGSVELD (A)
Het vermogen van de brander in werking vari-
eert tussen:
• een MAXIMUM VERMOGEN, gekozen in
zone A,
• een MINIMUM VERMOGEN, dat niet onder
de minimum waarde van de diagram mag lig-
gen:
RS 34 MZ = 45 kW
RS 44 MZ = 80 kW
Opgelet
Het WERKINGSVELD is berekend bij een
omgevingstemperatuur van 20 °C, een lucht-
druk van 1013 mbar (ongeveer 0 m boven de
zeespiegel) en met de verbrandingskop afge-
steld zoals aangegeven op pagina 7.
PROEFKETEL (B)
De werkingsvelden zijn het resultaat van testen
met speciale proefketels, volgens norm EN 676.
In figuur (B) zijn de diameter en de lengte van
de testverbrandingskamer aangegeven.
Voorbeeld
Vermogen 350 Mcal/h:
diameter = 50 cm; lengte = 1,5 m.
KETELS IN DE HANDEL
De combinatie brander-ketel stelt geen enkel
probleem als de ketel CE gehomologeerd is en
als de afmetingen van de verbrandingskamer de
waarden in diagram (B) benaderen.
Als de brander daarentegen gecombineerd
wordt met een niet CE gehomologeerde ketel
en/of de afmetingen van de verbrandingskamer
kleiner zijn dan de waarden in diagram (B),
raadpleeg dan de constructeur.
Voor ketels met vlaminversie is het bovendien
raadzaam te controleren of de lengte van de
verbrandingskop overeenstemt met hetgeen
voorgeschreven wordt door de ketelfabrikant.
D9304
D497
5