5.7.3
Montage van de verstuiver
➤ Los de schroef 2)(Fig. 12) en verwijder de stabilisatorgroep
van de vlam 1), verwijder de plastic dop 3) en monteer de
verstuiver: gebruik geen dichtingsproducten: flenzen, lint of
silicone.
➤ Zorg ervoor dat u de dichting van de verstuiver niet bescha-
digt of bekrast.
➤ De verstuivers dienen stevig, maar niet maximaal aange-
haald te worden.
➤ Controleer of de ontstekingselektroden gepositioneerd zijn
zoals wordt aangeduid in Fig. 13.
➤ Monteer tenslotte de brander 4)(Fig. 14) op de geleiders 3)
en laat hem tot aan de flens 5) lopen, lichtjes opgetild om te
voorkomen dat de stabilisatorgroep in aanraking komt met
de geleidervinnen 6) van de monding.
➤ Draai de schroeven 2)(Fig. 14) op de geleiders 3) vast,
evenals de schroef 1) die de brander op de flens bevestigt.
➤ Als de verstuiver moet vervangen worden wanneer de bran-
der reeds op de ketel is gemonteerd, moet de brander
geopend worden op de geleiders zoals wordt aangeduid in
Fig. 11, pag. 13, nadat de verlengstukken werden gemon-
teerd16)(Fig. 6, pag. 10), en moet gehandeld worden zoals
hierboven wordt aangeduid.
N.B.
De bijgeleverde verstuiver kan gebruikt worden wanneer
deze gepast is voor het gevraagde debiet.
In het omgekeerde geval moet ze vervangen worden met een
andere die het gepaste debiet voor de installatie heeft.
20023220
Installatie
D1752
D1753
D818
14
NL
Fig. 12
Fig. 13
Fig. 14