ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORZORGEN
1.
Bij beginnende gebruikers moet altijd iemand in de buurt blijven tijdens het gebruik van de
inversietafel.
2.
Controleer of uw voeten stevig vastzitten in de foam voetsteunen en de voorste enkelhouders.
3.
Controleer of de uitschuifbare arm correct op uw lichaamslengte is ingesteld.
4.
Controleer of de uitschuifbare arm zowel met de veerknop als met de draaiknop is vastgezet.
5
Controleer of er rondom voldoende plaats is voor de volledige rotatie van het ligvlak.
DE INVERSIETAFEL UITBALANCEREN
De inversietafel werkt als een precies afgestelde hefboom. Ze reageert op zeer kleine verschillen in de
gewichtsverdeling. Daarom is het heel belangrijk dat de correcte lichaamslengte is ingesteld. Daartoe
moet u het toestel bestijgen, uw enkels in de voetsteunen vastzetten en gaan liggen met de handen
opzij van uw lichaam. Leg nu langzaam uw handen op uw borst. In deze houding moet uw hoofd nog
steeds hoger zijn dan uw voeten. Als uw voeten hoger dan uw hoofd komen, kom dan van de tafel af
en stel de lengte opnieuw in.
GEBRUIKSADVIES
1.
Loop niet te hard van stapel: ga in het begin niet verder dan een hoek van 15-20°. Blijf in inversie
zolang het goed aanvoelt. Kom langzaam weer overeind.
2.
Verander geleidelijk van houding: vergroot de hoek alleen als dat goed aanvoelt. Vergroot de hoek
met niet meer dan een paar graden tegelijk. Gebruik het toestel in het begin gedurende 1 à 2
minuten. Blijf er geleidelijk aan steeds langer op, tot een minuut of tien na een aantal weken. Begin
pas te stretchen en lichte oefeningen te doen wanneer de inversie goed aanvoelt.
3.
Luister naar uw lichaam. Kom langzaam overeind; als u na het trainen duizelig bent, wil dat zeggen
dat u te snel overeind bent gekomen. Wacht na het eten een tijdje voor u de inversietafel gebruikt.
Als u misselijk wordt, blijf dan niet in inversie; kom meteen weer overeind.
4.
Blijf in beweging: bewegen tijdens de inversie stimuleert de bloedsomloop. Bewegen kunt u door
ritmische tractie toe te passen of lichte oefeningen te doen. Train niet te veel in inversiestand. Blijf
niet langer dan één of twee minuten zonder te bewegen in gedeeltelijke inversie. Blijf niet langer
dan enkele seconden in volledige inversie zonder te bewegen.
5.
Ga geregeld in inversie: we adviseren om afhankelijk van uw conditie twee of drie keer per dag te
trainen. Probeer elke dag op hetzelfde moment te trainen.
AH 07 V4
64 / 108