• Het beweeglijk deel van het deksel, rechterkant, openen bij
middel van gebruik van de daartoe voorziene grendels.
• Het deksel van de fiche in zwarte vezel weghalen door de 3
schroeven los te draaien aan de hand van een aangepaste
schroevedraaier (Fig. I).
Paneel voor defectopsporing
Defect
• De netzekeringen slaan door en sluiten de
netschakelaar af
• De netzekeringen slaan door bij het aanzet-
ten van de toortsschakelaar
• De netzekeringen slaan door na een
bepaalde werktijd
• Het lasapparaat verspreidt geen stroom
• Geen constante lasstroom
Lasdefecten
Defect
• Porositeit (extern of intern)
• Terugtrekkende spleten
• Zij-insnijdingen
• Te grote stralen
2000H919
Fig. I
Oorzaak
• Verkeerde aansluiting
• Ventilatormotor in kortsluiting
• Verkeerde aansluiting van wisselstroomcon-
nector
• Hoofdtransformatorwinding in kortsluiting
• Zekeringen van niet voldoende draagvermo-
gen
• Verkeerde aansluiting
• Netzekeringen doorgebrand
• Opencircuit op laskabels
• Spanningsveranderingen in het net
• Netaansluitingskabels van onvoldoende
doorsnede
• Verslapte verbindingen
Oorzaak
• Defecte draad
• Onvoldoende gasuitstroming
• Defect elektroventiel
• Verstopte draadgeleider
• Verstopte gasuitstromingsgaten
• Luchtstromingen
• Draad of stuk, vuil of geroest
• Naad te klein
• Naad te gebogen
• Naad te veel doorgedrongen
• Snelheid te hoog
• Stroom te laag met te hoge boogspanning • Draadsnelheid verhogen en spanning ver-
• Spanning te hoog
• Verstopte draadgeleider
• Toorts te ver gebogen
• De electrische connectors weghalen voor de aansluiting van
de fiche.
• De doppen afhalen van de handvaten geplaatst aan de voor-
kant van het rack-paneel en deze daarna verwijderen aan de
hand van een sleutel met aangepaste leiding.
• Op dit moment is het mogelijk om de fiche weg te halen en
deze te vervangen.
• Ga voor het hermonteren in omgekeerde volgorde te werk.
Opsporen en oplossen van
eventuele storingen
De voedingsleiding is de oorzaak van de meest voorko-
mende storingen. Mocht er een defect optreden, ga dan
als volgt te werk:
1) Controleer de spanningswaarde van de leiding;
2) Controleer of de netkabel goed op de stekker en de scha-
kelaar is aangesloten;
3) Controleer of de netzekeringen niet zijn doorgebrand.
4) Controleer of de volgende onderdelen een defect vertonen:
• De schakelaar en het stopkontakt die de machine voe-
den
• De stekker van de netkabel
• De schakelaar van het lasapparaat.
Oplossing
• Controleren volgens de aansluitingsaanwij-
zingen
• De motor repareren of vervangen
• Controleren volgens de aansluitingsaanwij-
zingen
• De transformator vervangen
• Zekeringen installeren van het juiste draag-
vermogen voor netabsorbtie
• Controleren volgens de aansluitingsaanwij-
zingen
• Oorzaak opsporen en dan vervangen
• Controleren dat de laskabels niet kapot zijn
• De netspanning controleren met een voltme-
ter
• Vervangen met kabels van de juiste door-
snede
• De aansluiting aan gebruikersnet en aan las-
circuit controleren en zorgen voor goede
aansluiting
Oplossing
• Draad vervangen
• Uitstroming regelen
• Controleren
• Draadgeleider reinigen
• Met lucht blazen
• De werkplaats afschermen
• Draad vervangen of stuk schoonmaken
• Stroom verhogen
• Spanning verminderen
• Spanning en stroom verminderen
• Vertragen
minderen
• Spanning regelen
• Draadgeleider schoonmaken
• Goed buigen
37